Burgerhuis in sobere neo-Vlaamserenaissance-stijl, gebouwd in opdracht van juffrouw Schoutens, naar een ontwerp door architect Paul Van Glabbeek uit 1894. Voor Van Glabbeek, die in Antwerpen als architect actief was van omstreeks 1890 tot midden jaren 1920, behoort de woning Schoutens tot zijn vroege werk. Uit de periode vóór de Eerste Wereldoorlog zijn meerdere ontwerpen voor burgerhuizen bekend, zowel in neoclassicistische als in eclectische stijl.
Veeeleer bescheiden, met een gevelbreedte van twee ongelijke traveeën, telt de rijwoning twee bouwlagen onder een complex zadeldak (leien). De lijstgevel is opgetrokken uit baksteenmetselwerk in kruisverband, typisch verwerkt met natuursteen voor speklagen, kozijnen en waterlijsten, en arduin voor de plint. In overeenstemming met de opdeling in hoofd- en nevenruimten van het interieur, legt de asymmetrische compositie de klemtoon op het brede zijrisaliet. Dit laatste mondt uit in een tuitvormige geveltop met schouderstukken en een bolornament. Geleed door de puilijst, wordt de opstand verder gekenmerkt door een decoratieve afwisseling van kruis-, klooster- en bolkozijnen, onder ontlastingsbogen met een bolsleutel. Met uitzondering van de houten kroonlijst en de dakkapel, is het schrijnwerk vernieuwd.
De plattegrond beantwoordt aan de klassieke typologie van het burgerhuis, dat uit een voorbouw en een smalle achterbouw in entresol bestaat. Op de begane grond wordt de gebruikelijke enfilade van salon, eetkamer en veranda, geflankeerd door de inkom, het trappenhuis en de keuken. De bovenverdieping herbergt twee hooguit drie slaapkamers, en het dakniveau mansardes en een zolder.
- Stadsarchief Antwerpen, bouwdossier 572#1014.