In Deurne en Wilrijk zijn twee Duitse commandobunkers uit de Tweede Wereldoorlog bewaard. Eén bevindt zich aan de oostelijke rand van het vliegveld van Deurne. De tweede bunker werd gebouwd bij het schijnvliegveld in Wilrijk. De twee bijna identieke bunkers zijn uniek in Europa, met hun typische conische vorm en met inbegrip van de oorspronkelijke metalen onderdelen voor wat de bunker in Deurne betreft.
Historiek
De bunkers zijn gerelateerd aan de geschiedenis van de luchthaven in Deurne tijdens de Tweede Wereldoorlog. Deze luchthaven werd in 1923 geopend; het luchthavengebouw van 1930 werd ontworpen door Stanislas Jasinski. De plannen om de site uit te bouwen tot een internationaal vliegveld werden gedwarsboomd door de Tweede Wereldoorlog. Voor het verlaten van Antwerpen, blies het Belgische leger het terrein op. Het Duitse leger richtte het terug in, en gebruikte het tot 1941 als uitvalsbasis voor de inval van Engeland. Nadien werd het gebruikt als test- en herstelvliegveld.
In 1940-41 besloot de Flugplatzverwaltung in Deurne een commandobunker aan de rand van het vliegveld van Deurne te bouwen, in de tuin van "het Drakenhof". Dat landhuis werd gebruikt door II/KG3, onder leiding van Stabschreiber Herbert Selzer, verantwoordelijk voor administratie. De Duitse verkeersleiding zat aan de overkant in de toren van het luchthavengebouw.
Beschrijving
Het concept van deze kegelvormige constructies is gebaseerd op de Lufschutz-ontwerpen (schuilbunkers) in de steden en bij grote fabrieken. De kegelvormige constructie maakte het moeilijk om een directe treffer te plaatsen. Deze schuilbunkers hadden een passieve functie, namelijk schuilplaats voor grote groepen mensen. De twee commandobunkers echter hebben een operationele functie en kunnen maar een paar soldaten herbergen.
De bunker in de tuin van het Drakenhof is een afgeknotte kegelvormige constructie in gewapend beton met één kamer. De werkruimte is gelijkvloers maar de basis zit nog vijf meter diep in de grond; de muren zijn anderhalve meter dik. Een gang rond de massieven kegel verschaft toegang tot de bunker, die door een dubbelwandige metalen deur wordt afgesloten. Deze bunker is in een goede staat en is droog. Alle metalen onderdelen in het interieur zijn nog aanwezig.
Deze bunker heeft nummer 28 op de inventaris van het Belgische leger, met als volgende beschrijving : "Abri circulaire de guet en béton armé. L'ouvrage a la forme d'un moulin, la partie supérieure en forme de mirador avec quatre fénêtres. Ouvrage en bon état."
Naast de bunker is er een ondergrondse schuilbunker bewaard die toegankelijk is via een verticale schacht. In de garage van het landhuis is op een betonnen paal een muurschildering bewaard van een Duits soldaat met tekst in gotisch schrift. Ook op de zolder van het landhuis is een slogan in het Duits bewaard.
- PHILIPPART F. 2011: Antwerpen: De commandobunkers van de vliegvelden van Deurne & Wilrijk, Dossier Simon Stevinstichting.