De hertog van Arenberg schonk de grond voor voor de begraafplaats bij de Sint-Engelbertuskerk van Prosperdorp en bekostigde de aanlegwerken ervan. Het plan daarvoor werd in 1908 opgemaakt door Henri Ryckaert en in 1910 was de begraafplaats aangelegd. De begraafplaats werd niet onmiddellijk aansluitend achter de kerk aangelegd maar ligt afzonderlijk ervan en een heel stuk dieper, namelijk achter de pastorie (Sint-Engelbertusstraat nummer 19) die naast de kerk werd gebouwd. Het omvat een rechthoekig perceel aansluitend in het verlengde van de diepe pastorietuin. De begraafplaats is volledig omsloten door een groen blijvende haag: een hoge taxushaag waardoor ze scherp afgetekend is in het omringende landbouwareaal van Prosperpolder.
Een lang recht pad tussen de kerk en pastorie loopt zijdelings van de pastorietuin tot de ingang van de begraafplaats. Op het eind van het pad naast de toegang staat een treurwilg. De ingang is afgesloten door een hoog tweedelig openzwaaiend ijzeren spijlenhek. De ijzeren middenstijl eindigt op een kruis, een typisch christelijk funerair symbool. Beide flankerende hekpijlers zijn in verzorgd metselwerk van baksteen met natuursteen uitgevoerd. Ze zijn vierkant van vorm op hoge dito sokkel en met overstekende dekplaat.
In de as van de toegang en vrijwel centraal op de kruising van twee met grint verharde hoofdpaden staat het kerkhofkruis. Het is omringd door een rond perk met groenblijvende laag geschoren heester (cotoneaster). Voor het kruis staan twee jonge veldesdoornen. Het houten kruis is bevestigd aan de achterzijde van uitgewerkt hoog voetstuk van hardsteen. Op de rechthoekige grondplaat rust een deels gebouchardeerde opstaande klokvormige sokkelplaat. Ze verbreedt onderaan met twee voluten en is bovenaan afgedekt met een kroonlijst. Op een uitspringend paneel met onregelmatige vorm is volgende opschrift aangebracht: "O Kruis/ onder uwe/ schaduwe/ wil ik rusten/ en hopen". Aan het kruis hangt een plaasteren Christusbeeld volgens traditionele voorstelling. Bovenaan het kruis is een banderol met opschrift "INRI" aangebracht.
De aanleg van de begraafplaats is zeer eenvoudig en beperkt zich tot twee kruisende rechte paden. De graven zijn in rechte parallelle rijen achter elkaar geplaatst. De oudste graven zijn verdwenen. De oudste nog aanwezige hardstenen graftekens klimmen slechts op tot 1927. Ze zijn voorzien van eenvoudige opstaande hardstenen platen met weinig of geen sculpturale vormgeving noch uitgesproken stijlkenmerken.