erfgoedobject

Residentie Italia

bouwkundig element
ID
214876
URI
https://id.erfgoed.net/erfgoedobjecten/214876

Juridische gevolgen

  • is aangeduid als vastgesteld bouwkundig erfgoed Residentie Italia
    Deze vaststelling is geldig sinds

Beschrijving

Flatgebouw in brutalistische stijl op de hoek van de Italiëlei en de Van Aerdtstraat, in 1964-1966 opgetrokken in opdracht van Herman Cap en de architect Marc Remaut verenigd in de nv Residentie "Italia". Het in 1963 bij de bouwaanvraag ingediende ontwerp, is gesigneerd door de architect Johannes De Groelard. Opmerkelijk multifunctioneel van opzet, bestond het programma aanvankelijk uit een café, een architectenkantoor, vijftien individuele kantoorruimten en drie studio’s. Volgens het bouwdossier droeg de pensioengerechtigde De Groelard het reeds vergunde project nog voor de bouw van start was gegaan over aan Marc Remaut, waarna zowel het programma als het ontwerp werden gewijzigd. Het vastgoedproject omvatte nu uitsluitend koopstudio’s, achttien in totaal, met op de begane grond het architectenkantoor van Remaut en op de bovenste verdieping zijn privéwoning. Na afloop van de ruwbouwwerken bleek het gebouw 4m hoger te zijn opgetrokken dan vergund, met bovenop nog een extra dakverdieping. Voor deze bouwovertreding werden beide bouwheren in 1966 veroordeeld tot afbraak, weliswaar enkel van de dakverdieping. In een poging tot regularisatie diende echtgenote Elza Remaut-Renaerts er in 1968 alsnog een bouwaanvraag voor in, die opnieuw op een weigering stuitte. De gewraakte dakverdieping maakt vandaag desondanks nog steeds deel uit van het complex, dat na de voltooiing door Remaut werd herdoopt tot Residentie "Bartok". Anders dan het bouwdossier doet uitschijnen, lijken het opzet en de architectuur van de Residentie "Italia" veeleer toe te schrijven aan Marc Remaut, die zich al in het begin van zijn loopbaan liet opmerken met vormelijk progressieve flatgebouwen zoals "Casa Nostra" in de Jan Van Rijswijcklaan. Het oeuvre van de twee generaties oudere Johannes De Groelard is helaas niet gedocumenteerd.

Het rijzige, balkvormige gebouw met een gevelbreedte van drie bij zeven traveeën omvat acht bouwlagen en een terugwijkende dakverdieping. De architectuur laat zich in brutalistische zin opmerken door een skelet uit wit zichtbeton, met typisch uitspringende balkkoppen die de rasterstructuur, het ritme en de plasticiteit van de constructie beklemtonen. Dit maakt de Residentie "Italia" tot één van de meest opvallende en authentieke uitingen van jaren-1960-architectuur aan de Leien, duidelijk te onderscheiden van de talrijke flatgebouwen met een conventioneel, marktconform standaardprogramma. Waar de pui de rooilijn volgt, is de bovenbouw over de volledige breedte in overstek opgetrokken, met een afgeschuinde travee en balkons als overgang naar het buurpand zijde Italiëlei. Uit de brede vensterpartijen valt de indeling in drie woonunits per verdieping duidelijk af te lezen. Het fijne aluminium schrijnwerk is in het vlak van de gevel geplaatst, alternerend over de volledige verdiepingshoogte of bovenop een borstwering uit rood baksteenmetselwerk in halfsteens verband. Voor de pui is een parement uit natuursteenplaten toegepast, waarin acht in arduin gebeeldhouwd reliëfs van een onbekend kunstenaar zijn geïntegreerd. Zij stellen voor: het architectenembleem passer en driehoek, een bloem met bij, een visserssloep in de golven, een moeder met kind, een bloem met vlinder, een slapende vrouw, de hoed van Lamme Goedzak, en een vrachtschip met havenkranen. Het aluminium schrijnwerk, messinggeel geanodiseerd in de pui en zilvergrijs op de bovenverdiepingen, is bewaard.

Volgens de definitieve bouwplannen biedt de plattegrond op de begane grond ruimte aan de inkom- en traphal met lift, het architectenkantoor en drie garages. Zes van de bovenverdiepingen herbergen telkens drie studio’s, waarvan er twee over een keukentje en douchecel beschikken, en de derde enkel met een toilet en kitchenette is uitgerust. De ‘natte cellen’ zijn daarbij gegroepeerd tot één centraal ingeplant blok. Het duplexappartement van de architect bestaat uit een woonkamer met open haard en binnentuin, een eethoek met halfopen keuken, en een slaapkamer met halfopen badkamer; vanuit de eethoek leidde een spiltrap naar de dakverdieping waar zich de kinderkamers bevinden. In het oorspronkelijke, door De Groelard gesigneerde ontwerp, bood de begane grond ruimte aan een café met 'bierkelder' in het souterrain, en besloeg het architectenbureau met tekenkamer en ontvangstruimte het volledige ‘schoon verdiep’. De tweede tot de zesde verdieping bestonden telkens uit drie individuele kantoorruimten met kitchenette en toilet, de zevende verdieping uit drie studio’s met keuken en badkamertje. Waar de bovenbouw pas vanaf de tweede verdieping uitsprong, was het architectuurconcept op identieke wijze gefocust op het betonskelet, zij het met gebruik van houten schrijnwerk en Glasal-sandwichpanelen als invulling, en balkonborstweringen in siersmeedwerk.

  • Stadsarchief Antwerpen, bouwdossier 18#45252 en 18#51350.

Auteurs: Braeken, Jo
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)


Relaties


Je kan deze pagina citeren als: Inventaris Onroerend Erfgoed 2024: Residentie Italia [online], https://id.erfgoed.net/erfgoedobjecten/214876 (geraadpleegd op ).

Beheerder fiche: Stad Antwerpen

Contact

Heb je een vraag of opmerking over deze fiche? Meld het ons via het contactformulier.