is aangeduid als vastgesteld bouwkundig erfgoed Kantoorgebouw L'Assurance Liégeoise
Deze vaststelling is geldig sinds
Kantoorgebouw in naoorlogs modernisme, gebouwd naar een ontwerp door de architecten Léon Stynen en Paul De Meyer uit 1960. Opdrachtgever was L’Assurance Liégeoise, een in 1895 opgerichte verzekeringsmaatschappij met maatschappelijke zetel in Luik, en filialen in Brussel, Gent, Antwerpen, Luxemburg, Parijs, Rotterdam en Hamburg. Sinds 1994 maakt L’Assurance Liégeoise deel uit van de verzekeringsmaatschappij Royale Belge. Het programma van het vastgoedproject op de kop van het bouwblok Frankrijklei, Van Cuyckstraat en Kipdorpvest, omvatte de Antwerpse vestiging van de verzekeringsmaatschappij die de eerste twee bouwlagen en het penthouse besloeg, en huurkantoren op de overige verdiepingen. Aangevat in 1961 en voltooid in 1962, werd de bouw met een structuur uit gewapend beton uitgevoerd door het bouwbedrijf Algemene Ondernemingen Weduwe Jerôme Van Coillie uit Oostende. Voor het nieuwbouwcomplex verdween een neoclassicistische herenwoning met koetshuis uit de jaren 1870-1880.
L’Assurance Liégeoise behoort tot het latere werk van Léon Stynen en zijn bureau, dat uiting geeft aan een verfijnd brutalisme als hommage aan Le Corbusier. Albert Bontridder zag het ontwerp als "een bijna wanhopige poging om in het chaotisch stadsverband en op een zakdoekgroot perceel van 8 bij 35 meter een leefbaar werkmilieu te kreëren." De klemtoon van het architectuurconcept ligt hier op het als zonnewering bedoelde gevelraster uit zichtbeton. Met een rigoureuze maatvoering, onderscheidt deze structuur zich in grafisch en plastisch opzicht door het evenwicht van horizontalen en verticalen, de driedimensionale gelaagdheid en dieptewerking, en het contrast tussen vides en vlakken. In dat opzicht vormt het kantoorgebouw een belangrijke schakel in de opeenvolgende experimenten van Stynen en De Meyer met de gelaagdheid en de plastische autonomie van de gevel omstreeks 1960. Het ontwerp gaat in deze evolutie onmiddellijk vooraf aan het handelscomplex Galler op de Italiëlei, en de kledingzaak C&A op de Meir, het eerste van een reeks gelijkaardige opdrachten voor deze kledingketen in België. Op hetzelfde moment laat het bureau zich internationaal opmerken met de gedurfde hangconstructie van de "BP-building" in de Jan Van Rijswijcklaan.
Half vrijstaand ingeplant, beslaat het balkvormige kantoorgebouw de volledige oppervlakte van een langgerekt perceel van 8 bij 35 m. In overeenstemming met de maximaal toegestane bouwhoogte, telt het complex tien bouwlagen waaronder een terugwijkend penthouse zijde Frankrijklei en Van Cuyckstraat, en slechts zeven bouwlagen zijde Kipdorpvest. De getrapte opbouw die hieruit resulteert, wordt verder gearticuleerd door de compositie en de volumetrie van de gevelopstand. Deze beantwoordt aan een drieledige structuur, waarbij de licht overstekende en door een terugwijkende dakbalustrade bekroonde bovenbouw, op dubbelhoge pilotis rust. De verticaal gemoduleerde rasterstructuur van het gevelscherm, wordt gecompenseerd door het krachtig horizontale accent van de breed uitkragende daklijst. Gelaagd van opbouw bestaat de opstand uit een buitenschil uit zichtbeton die als open raster is opgevat, en een afsluitende binnenwand met doorlopende thermische beglazing in teakhouten schrijnwerk. Tussen beide bevindt zich een loopvlak voor onderhoud van de ramen, beschermd door de borstweringen die het gevelraster horizontaal opdelen. Waar de buitenschil in se als permanente zonnewering fungeert, is deze vanwege de overwegend zuidelijke oriëntatie nog extra uitgerust met mobiele zonneblinden. Tijdens de bouw werd uiterste zorg besteed aan de bekisting, voor een zo glad mogelijke textuur van het zichtbeton zowel extern als intern; een parement uit gepolijste granietplaten vult de blinde gevelvlakken zijde Van Cuyckstraat.
Het kantoorgebouw beantwoordde oorspronkelijk aan een dubbele functie, als Antwerpse vestiging van bouwheer L’Assurance Liègeoise, en moduleerbare kantoorverdiepingen bestemd voor verhuur. De dubbelhoge, volledig beglaasde inkomhal met een inkomsas geïntegreerd in een wintertuin, en een ontvangstbalie achteraan, fungeerde als gemeenschappelijk toegang tot beide entiteiten. Vanuit de inkomhal leidde een open trappenpartij naar het eigenlijke verzekeringskantoor dat de met een glaswand afgesloten split-level besloeg, daar waar de kantoorverdiepingen en het penthouse werden ontsloten door de traphal met drie liften. Het verzekeringskantoor bestond uit een balie met loketfunctie, aansluitend het secretariaat, en vervolgens het directiekantoor met vergaderzaal, en een archiefruimte. Gelijkvloers was er parkeergelegenheid voor zeven personenwagens, ingericht achter de inkomhal en afsluitbaar met een metalen hek. In het door dakterrassen omringde penthouse, waar zich ook de conciërgewoning bevond, beschikte het personeel over een club of vergaderzaal met bar. De kantoorverdiepingen waren met het oog op een flexibele compartimentering ingedeeld door middel van verplaatsbare wanden van het Oostendse bedrijf Ipan, dat ook instond voor het schrijnwerk, akoestische zolderingen en de houten latwerklambriseringen van het verzekeringskantoor. Een langgerekte dienstzone groepeerde op compacte wijze trap, liften en sanitair tegen de gemene muur. Na de verbouwing tot winkelruimte in 1995, gepaard met verwijdering van de trappenpartij, bleef van de inkomhal slechts de bevloering uit marmertegels en de wintertuin bewaard. Voor de kantoorverdiepingen werd een nieuwe toegang gecreëerd naast de parking.
Auteurs: Braeken, Jo
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)
Is deel van
Frankrijklei
Je kan deze pagina citeren als: Inventaris Onroerend Erfgoed 2024: Kantoorgebouw L'Assurance Liégeoise [online], https://id.erfgoed.net/erfgoedobjecten/214914 (geraadpleegd op ).
Beheerder fiche: Stad Antwerpen
Heb je een vraag of opmerking over deze fiche? Meld het ons via het contactformulier.