De bouw van deze neoclassicistische herenwoning werd in 1880 geregistreerd in het kadaster voor eigenaars Lodewijk en August Gevers, "zonder beroep". Wellicht is de woning te linken aan het bouwdossier dat Edmond Leclef in 1879 indient voor de bouw van een woning voor Messieurs Gevers, hoewel de geveltekening een woning toont met maar vier in plaats van de uitgevoerde vijf traveeën. Andere personen uit de familie Gevers lieten ook een woning bouwen op de Frankrijklei, telkens naar ontwerp van Edmond Leclef of (vóór 1877) zijn vader Heliodore, waardoor we er relatief zeker van zijn dat de herenwoning een ontwerp is van Edmond Leclef.
De architecten Leclef waren samen met L. Van Opstal de meest productieve architecten op de 19de-eeuwse Frankrijklei. Ze bouwden er burger- en herenhuizen in een statige, neoclassicistische stijl. Op die manier hebben ze het eind-19de-eeuwse beeld van de Frankrijklei in grote mate bepaald. Het oeuvre van Edmond Leclef, die de praktijk van zijn vader overnam in 1877, is kenmerkend voor dat van een eind-19de-eeuwse bouwmeester met klanten uit de burgerij, en bestaat zowel uit neoclassicistische als uit eclectische en neo-Vlaamse renaissance woningen.
Het herenhuis telt vijf traveeën en vier bouwlagen onder plat dak; de oorspronkelijke woning werd met een bouwlaag verhoogd. Klassieke gevelafwerking en –opbouw, namelijk bepleisterde en witgeschilderde lijstgevel met hardstenen plint en houten kroonlijst. Horizontale ritmering door imitatievoegen op de begane grond en door de doorlopende balkons op tweede en derde bouwlaag, met balustrade dan wel ijzeren leuningen. Regelmatig geplaatste rechthoekige muuropeningen in eenvoudige omlijstingen. De drie centrale traveeën worden door de balkons geaccentueerd, terwijl de zijtraveeën op de bel-etage extra versierd worden door een zware sleutel boven de vensters en door een met drapering versierde borstwering van de bovenvensters. Bewaard houtwerk, onder meer dubbele deur met bovenlicht. De woning maakt deel uit van een vrij gaaf bewaarde rij eind-19de-eeuwse herenhuizen tussen nummers 107 en 127, wat het gaafst bewaarde stuk is op de Frankrijklei.
Auteurs: Hooft, Elise
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)
Je kan deze tekst citeren als: Hooft E. 2013: Neoclassicistisch herenhuis [online], https://id.erfgoed.net/teksten/144322 (geraadpleegd op ).
Bewaarde herenhuizen in neoclassicistische stijl, uit tweede helft 19de eeuw, behorend tot de oorspronkelijke bebouwing van de zogenaamde Leien. Brede bepleisterde en beschilderde lijstgevels van vier à vijf traveeën en drie soms vier bouwlagen met enkelhuisopstand. Nummer 109 met benadrukte ingangstravee en rondboogdeur, voorts overwegend horizontaliserende elementen zoals geblokte begane grond, doorlopende kordons en brede balkons, nummers 123 en 125 met erker. Rechthoekige vensters en deuren, op bovenverdieping in geriemde omlijsting, vaak met bewerkte sleutels. Nummer 127 met verbouwde gelijkvloerse verdieping (zie winkelfunctie).
Bron: PLOMTEUX G. & STEYAERT R. met medewerking van WYLLEMAN L. 1989: Inventaris van het cultuurbezit in België, Architectuur, Stad Antwerpen, Bouwen door de eeuwen heen in Vlaanderen 3nc, Brussel - Turnhout.
Auteurs: Plomteux, Greet; Steyaert, Rita
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)
Je kan deze tekst citeren als: Plomteux G. & Steyaert R. 1989: Herenhuizen in neoclassicistische stijl (nummers 107-111, 121, 123, 127) [online], https://id.erfgoed.net/teksten/142725 (geraadpleegd op ).