Onderkelderd art-decorijhuis van twee bouwlagen en twee traveeën onder een zadeldak (pannen, nok evenwijdig met de straat), volgens een bouwaanvraag van 1933 gebouwd naar ontwerp van architect Georges Fontaine uit Gent, in opdracht van Hubert Verhoustraete. Dit pand vormt in het straatbeeld een geheel met de aanpalende woning, ontworpen door dezelfde architect.
De gevel is opgebouwd uit rode bakstenen in halfsteensverband, in combinatie met een witgeschilderde cementering voor de deur- en vensteromlijstingen, op een plint van blauwe hardsteen.
Dit enkelhuis heeft een typerende opbouw, bestaande uit een brede linker venstertravee en een smalle deurtravee aan de rechterkant. De linkerzijde wordt geaccentueerd door een driezijdig erkervormig risaliet.
De gevel is doorbroken door rechthoekige vensteropeningen, met bewaard houten schrijnwerk. Bijzonder zijn de bewaarde glas-in-loodramen volgens een geometrisch patroon. De deuropening is voorzien van een kleine luifel uit blauwe hardsteen. De houten deur met structuurglas heeft een smeedijzeren traliewerk. Het bovenlicht is eveneens ingevuld met glas in lood.
De dakkapel en de oorspronkelijke afsluiting van de voortuin, volgens plan opgebouwd uit ijzeren buishekwerk gevat tussen bakstenen pijlers, zijn verdwenen.
De plattegrond is, volgens de bouwplannen, opgebouwd volgens een traditioneel schema, waarbij het salon en de eetkamer worden geflankeerd door de inkomhal en het trappenhuis. Naast het overdekte terras en de koer, bevinden zich vervolgens de keuken ('kookplaats en schotelhuis') en het washuis met achterliggend een opbergplaats voor kolen. De bovenverdieping omvat twee slaapkamers en een badkamer, met een zolder onder het dak.
- Stadsarchief Gent, Bouwaanvragen particuliere woningen, G12, 1933/R/30.
- Artesis Hogeschool Antwerpen, Opleiding Monumenten- en Landschapszorg, 1ste master, Onuitgegeven nota’s Kenneth Van Caenegem en Julie Verhelst, 2011-2012.