is aangeduid als vastgesteld bouwkundig erfgoed Villa in cottagestijl
Deze vaststelling is geldig sinds
Villa in cottagestijl, voor eigen rekening gebouwd door de aannemer-bouwmeester Gerard Kloppers, naar een ontwerp uit 1924. Kloppers, een lokale bouwondernemer en vastgoedpromotor van Nederlandse origine gevestigd in de Berkenlaan, beschikte over een aaneengesloten reeks bouwpercelen aan de pare zijde van de Acacialaan, die op één na het volledige bouwblok tussen Della Faillelaan en Berkenlaan besloeg. Hierop bouwde hij tussen 1921 en 1924 acht landhuizen van verschillende grootte, en drie gekoppelde meergezinswoningen, vermoedelijk bestemd voor verkoop 'sleutel-op-de-deur'. Van de landhuizen zijn er nog vier andere gaaf bewaard, de nummers 34, 36, 38 en 44, twee werden onherkenbaar verbouwd (nummers 32 en 42) en één is gesloopt (voorheen nummer 40). Ook op andere plaatsen in de Nieuw-Parkwijk "Den Brandt", zoals de Ahornenlaan, de Berkenlaan, de Cederlaan en de Varenlaan, realiseerde Kloppers meerdere landhuizen en meergezinswoningen. In Antwerpen en dan met name Wilrijk, lijkt hij met dit soort vastgoedprojecten actief te zijn geweest van kort na de Eerste Wereldoorlog tot begin jaren 1930.
De woning op de hoek van de Acacialaan en de Della Faillelaan, is een gaaf en representatief voorbeeld van de door Gerard Kloppers geproduceerde architectuur in cottagestijl, die zich onderscheidt door een informeel en pittoresk opzet. Belangrijkste kenmerken zijn de materiaalpolychromie van bak- en natuursteen in combinatie met stijl- en regelwerk, het plastische karakter van de ogenschijnlijk organisch gegroeide volumes met complexe dakconstructies, aangevuld met levendige details als luifels, bow-windows, erkers, loggia's, dakkapellen en schoorstenen. Van de reeks landhuizen in de Acacialaan behoort deze woning tot de grotere types, vergelijkbaar met de de cottagevilla op nummer 36, die uit 1923 dateert.
Vrijstaand ingeplant op een langgerekt hoekperceel dat doorloopt tot de Eglantierlaan, met een quasi rechthoekige plattegrond van vier bij vier traveeën, omvat het gebouw twee bouwlagen onder een complex, overkragend zadeldak met dakkapellen. De constructie bestaat uit rood baksteenmetselwerk in kruisverband, schaars verwerkt met witte natuursteen voor hoekblokken, lateien, dorpels en monelen, met gebruik van houtbouw en bepleistering in de bovenbouw, en pannen als dakbedekking. De asymmetrische opbouw van de villa beantwoordt aan het pittoreske streven van dit type landhuisbouw, maar weerspiegelt evenzeer de functionele indeling van het interieur. Naast de dominante dakconstructie en de hoog oprijzende schoorstenen, wordt het karakter vooral bepaald door de voorgevel, een brede puntgevel met een tweeledig overkragende, door windborden omlijste top in stijl- en regelwerk, die op korbeeltjes rust en centraal is opengewerkt door een rondboogloggia. Links wordt het terugwijkende inkomportaal beschermd door een houten luifel, rechts legt een rechthoekige erker met balkon de klemtoon op de afgeschuinde hoek. Tijdens de bouw werd vermoedelijk afgeweken van het gevelontwerp, dat bijkomend voorzag in een terras aan de eetkamer, een diepere uitbouw met driezijdige sluiting van de overhoekse erker, en een gevelbreed houten balkon op de eerste verdieping. Achter- en zijgevels worden elk gemarkeerd door een sterk geprononceerde zijrisaliet met puntgevel, eveneens voorzien van stijl- en regelwerk in de top, in de oostgevel met gelijkvloers een driezijdige erker. Informeel van opzet, bestaat de ordonnantie uit uiteenlopende venstervormen; het houten schrijnwerk van de inkomdeur en vensters, met kleine roeden in het bovenlicht, is bewaard. Over de volledige omtrek van het perceel bleef het sierlijke smeedijzeren voortuinhek behouden, met inbegrip van de toegangspoorten in Acacialaan en Eglantierlaan.
De plattegrond is georganiseerd rond de ruime, centraal ingeplante traphal, waarbij het inkomportaal met vestiaire aansluit. Volgens de bouwplannen wordt de begane grond aan straatzijde ingenomen door de zuidelijk georiënteerde suite van eet- en woonkamer met erker. Aan de oostzijde paalt een kantoor met erker aan de traphal; hierbij sluit een veranda met driezijdige sluiting aan. De keuken met dienstingang zich aan de noordelijk georiënteerde tuinzijde bevindt. De bovenverdieping omvat vijf slaapkamers, een linnen- en badkamer. Het dakniveau, bereikbaar via een aparte trap, herbergt vermoedelijk een gastenkamer, mansardes voor het personeel en zolders.
Auteurs: Braeken, Jo
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)
Is deel van
Acacialaan
Je kan deze pagina citeren als: Inventaris Onroerend Erfgoed 2024: Villa in cottagestijl [online], https://id.erfgoed.net/erfgoedobjecten/215100 (geraadpleegd op ).
Beheerder fiche: Stad Antwerpen
Heb je een vraag of opmerking over deze fiche? Meld het ons via het contactformulier.