Villa in eclectische stijl, kadastraal geregistreerd in 1913. Bouwheer of eerste eigenaar was de fabrikant Jozef Hendrik Ceurremans-Volckaert. Het bouwdossier werd niet teruggevonden, ontwerper noch aannemer zijn gekend. Ceurremans-Volckaert liet in 1920 een garage optrekken op het perceel, naar een ontwerp door Charles Wuyts. Wellicht kan ook het ontwerp van de villa aan deze architect worden toegeschreven. Het gebouw dat tot de vroegste bebouwing in de Nieuw-Parkwijk "Den Brandt" behoort, is van hetzelfde type als de villa Wargenau door de architect Willie Pijl, en de villa Schellemans door de architect Guillaume Peeters hogerop aan de Hagedoornlaan, daterend uit 1912 en 1913. Oorspronkelijk werd het karakter bepaald door een pittoreske huistoren met spits, die boven de kroonlijst werd gesloopt tijdens verbouwingswerken naar een ontwerp door de architect Marc De Vooght uit 1966.
Vrijstaand ingeplant in de diepte van het perceel, op een quasi rechthoekige plattegrond, omvat het gebouw een souterrain en twee bouwlagen, onder een complex schilddak. De constructie is opgetrokken uit rood baksteenmetselwerk in kruisverband, met ruim gebruik van natuursteen voor onder meer speklagen, hoekkettingen of -blokken, dorpels en het geveldecor, op een arduinen plint. Met een gevelbreedte van twee ongelijke traveeën, legt de compositie de klemtoon op het brede zijrisaliet, gemarkeerd door een driezijdige erker met smeedijzeren balkon en een drielicht, dat doorloopt in een afgewolfde puntgevel. Guirlandes, een entablement met acanthuspalmetten en een balustrade verrijken de erker en het flankerende venster op de begane grond. Een houten kroonlijst op consoles vormt de gevelbeëindiging; vermoedelijk was het hoofdgestel oorspronkelijk versierd met een sgraffitofries, een tegel- of mozaïekpaneel. De huistoren, oorspronkelijk vier geledingen hoog met spits, bekroonde boven het inkomportaal het middenrisaliet van de oostelijke zijgevel. Het houten schrijnwerk van de inkomdeur en vensters is bewaard, evenals het smeedijzeren voortuinhek.
De plattegrond beantwoordt aan de klassieke typologie van het burgerhuis, bestaande uit een voorbouw en een smalle achterbouw in entresol. Op de begane grond wordt de enfilade van salon, eetkamer en veranda geflankeerd door de vestibule en de traphal. Mogelijk bevond de keuken zich oorspronkelijk in het souterrain.
- Stadsarchief Antwerpen, bouwdossiers 238#681 en 222#1403.
- Kadasterarchief Antwerpen, mutatieschetsen Antwerpen, Afdeling 42 (Wilrijk), 1913/22, artikel 1200.