Burgerhuis in neotraditionele stijl, gebouwd in opdracht van François Janssens, naar een ontwerp door de architect Albert Gondrexon uit 1922. Voor dezelfde bouwheer had de architect een jaar eerder al een pittoreske cottagevilla ontworpen in de nabije Berkenlaan. Beide gebouwen, die gelijktijdig werden opgetrokken, behoren tot het late oeuvre van de architect, die in 1928 overleed. Omstreeks 1900, vroeg in zijn weinig productieve loopbaan, liet hij zich opmerken met ontwerpen in gematigde art-nouveaustijl, waaronder de eigen woning. De weinige gekende realisaties uit het interbellum, zijn veeleer traditioneel van aard.

Met een gevelbreedte van twee ongelijke traveeën, telt de bescheiden rijwoning drie bouwlagen onder een plat dak. De lijstgevel is opgetrokken uit rood baksteenmetselwerk in kruisverband, met gebruik van arduin voor de plint, en natuursteen voor waterlijsten, speklagen, dorpels en hoekblokken. Nadrukkelijk horizontaal geleed, met een klassiek hoofdgestel, legt de asymmetrische compositie de klemtoon op de brede zijtravee, in overeenstemming met de interieurindeling. Deze wordt op de bel-etage gemarkeerd door een bow-window met leien afdak. Rechthoekige en steekboogopeningen met vernieuwd schrijnwerk.

De plattegrond beantwoordt aan de klassieke typologie van het burgerhuis, bestaande uit een voorbouw en een smalle achterbouw, hier zonder onderling niveauverschil. Op de begane grond wordt de suite van salon en eetkamer geflankeerd door de inkom- en traphal, met de keuken in de achterbouw. De eerste verdieping omvat twee slaapkamers, een badkamer en een kantoor, de tweede verdieping een derde slaapkamer met 'cabinet de toilette', en een zolder.