Villa Flora, burgerhuis van twee traveeën en drie bouwlagen onder laag zadeldak, volgens bouwaanvraag van 1910 gebouwd in opdracht van Albert Van Gele naar ontwerp van architect Jules Van den Hende.

Enkelhuis met twee ongelijke traveeën: een smalle deurtravee rechts en een bredere venstertravee links, elk gevat in een licht verdiepte travee-nis, afgelijnd door een tegelfriezen onder de vernieuwde kroonlijst op klossen. Lijstgevel met art-nouveau-inslag, in de hoefijzervorm van het drielicht op de bovenste verdieping, de tegeltableaus en het gebogen ijzeren balkonhek. Geglazuurd wit bakstenen gevelparement met groene kleurbanden op arduinen plint, verwerking van arduin voor balustrade, vensterdorpels en lateien, hoekstenen, en waterlijst. Gemarkeerde brede venstertravee met rondbogig benedenvenster voorzien van een stenen balustrade, erboven een driezijdige houten erker op een sierlijk uitgewerkte arduinen kraagstuk, met bekronend ijzeren balkonhek; en op de bovenste verdieping een deurvenster met hoefijzerboog op arduinen hoekstenen. De gevarieerde venster- en deuropeningen hebben markerende ontlastingsbogen van groen en witte bakstenen, het schrijnwerk is grotendeels behouden, met uitzondering van de erker. Onder de dorpels van de vensters in de deurtravee zijn tegeltableaus van de firma Helman (Sint-Agatha-Berchem) met gestileerd bloemenmotief aangebracht. Spiegelboogvormige deur met uitgewerkte arduinen latei en rondboogvormig bovenlicht, met erboven tegeltableau met huisnaam met keramische randversiering in laagreliëf. Op de licht uitspringende penanten van de venstertravee zijn op de bovenverdieping keramische sierelementen in hoogreliëf ingewerkt.

Nummers 349-351, 357-363, 373-375. Rijhuizen van voornamelijk twee traveeën en drie bouwlagen uit het begin van de 20ste eeuw. Nummer 351 van 1910. Nummer 363 met gevelsteen "J. V.d. Hende - bouwmeester - 1912 - Gent" (confer bouwaanvragen). Lijstgevels met gevelbepleistering (nummer 349, 359, 361, 363) of parement van geglazuurde baksteen (nummer 349, 357, 363) met een smalle deurtravee en een bredere travee met erker. Terwijl de bepleisterde gevels vooral neoclassicistisch geïnspireerd zijn, vertonen de andere gevels art-nouveaukenmerken in de rondboogvormige muuropeningen en faiencetegeltableaus.