Burgerhuis van twee traveeën en twee bouwlagen met halfondergrondse garage, volgens een bouwaanvraag van 1938 naar ontwerp van Robert Buysse (zie ook gevelsteen boven de garage: 'Rob. Buysse / Archte / Gand') in opdracht van Joseph De Winter.

De deur op de verhoogde begane grond wordt voorafgegaan door een bordestrap met arduinen treden. De trap en de afhellende oprit naar de garage aan de linkerzijde zijn gevat tussen getrapte muurtjes van gele baksteen met buishekwerk waarvan de pijlers voorzien zijn van arduinen dekstenen.

Lijstgevel met uitspringende vernieuwde kroonlijst op consoles. Parement van gele baksteen in halfsteensverband met Dudok-voegen. Enkelhuis met smalle rechter deurtravee en brede linker venstertravee. Kenmerkend is het licht vooruitspringende gevelvlak ter hoogte van de tweede bouwlaag. Rechthoekige muuropeningen met doorlopende arduinen lekdorpels en een doorlopende bakstenen rollaag als lateien, doorbreken de gevel. De vensters op de tweede bouwlaag en de deur- en poortopening hebben getrapte bakstenen dagkanten. Aangepast schrijnwerk met uitzondering van de houten, witgeschilderde voordeur met deurrooster en de vierdelige houten poort met ijzeren deurroosters.

De plattegrond is, volgens de bouwplannen, opgebouwd volgens een traditioneel schema van een enkelhuis. De kelder omvat naast een garage, een ruimte voor provisie, de chauffage en een kolenopslagplaats. Op de gelijkvloerse verdieping worden de inkomhal met vestiaire, het trappenhuis en de achterliggende keuken geflankeerd door de 'living-room' en de eetplaats. De eerste verdieping omvat drie slaapkamers en een badkamer.