Onderkelderd appartementsgebouw volgens bouwaanvragen van 1931 en 1935, gebouwd naar ontwerp en in opdracht van Albert D’Havé. Uitvoering wijkt af van het ingediende bouwplan, het voorziene mansardedak werd niet gerealiseerd. Geheel van zeven traveeën en drie bouwlagen, deels onder zadeldak (pannen, nok evenwijdig aan de straat), deels onder plat dak. Aangepaste kroonlijst. Parement van rode baksteen en granito op een plint van gebouchardeerde blauwe hardsteen met verluchtingsroosters. Symmetrische gevelopbouw met centrale travee geflankeerd door telkens drie traveeën met centrale gevelhoge erker die licht uit het gevelvlak springt. Gevelverlevendiging door in- en uitspringend metselwerk, platte banden, florale en geometrische motieven. Rechthoekige muuropeningen waarin het origineel schrijnwerk niet bewaard bleef. Naast de deuropening een voetschraper.