is aangeduid als vastgesteld bouwkundig erfgoed Villa met tuin van Russell Page
Deze vaststelling is geldig sinds
is aangeduid als beschermd monument Villa met tuin van Russell Page
Deze bescherming is geldig sinds
is aangeduid als vastgesteld bouwkundig erfgoed Villa
Deze vaststelling was geldig van tot
Villa in grote tuin gelegen, volgens het kadaster in 1951 gebouwd door familie Depoortere, eigenaar te Kortrijk. De villa in landelijke stijl is ontworpen door de Kortrijkse architect Jacques Viérin (gesigneerd in de hekpijler aan de straat). De tuin is in 1952-1953 aangelegd naar een niet gedateerd en gesigneerd ontwerp dat afgeleid is van een schetsontwerp met de handtekening van de Britse tuinontwerper en landschapsarchitect Russell Page. Tuinhuis/badhuis naar ontwerp van Jacques en Christian Viérin.
De villa op verspringende, grosso modo L-vormige plattegrond is opgebouwd uit witgeschilderde bakstenen volumes van één à twee bouwlagen onder rode tichelen zadeldaken. Markerende elementen vormen verder onder meer het rechthoekige portaal in een natuurstenen omlijsting, de tuitgevels, het houtwerk (zware kozijnconstructies met vierkante roedeverdeling), de imposante geprononceerde schoorstenen en de dakkapellen.
De 'ontvangstzijde' (portaal, parking en garages) van de op de noordoostelijke hoek van het perceel ingeplante villa bevindt zich aan de noordzijde. De oprijlaan wordt aan de straatzijde gemarkeerd door lage muren en hekpijlers onder ezelsrug met houten hekken en is afgezoomd door hoogstamfruitbomen met gewitte stambasis. Rond het 'voorplein' met een in kasseien aangegeven dambordpatroon ontplooit zich de L-vorm van de villa: ten zuiden hoge hoofdvleugel met portaal gevat in risaliet met tuitgevel, ten noordoosten haaks aansluitende lagere garagevleugel, met elkaar verbonden via overdekte galerij met korfbooggewelf en zware houten pijlers.
Ten tijde van de bescherming kon de villa niet bezocht worden. De beschrijving van de plattegrond is gebaseerd op de plattegronden ingesloten in het bouwdossier van 1951.
De plattegronden in het dossier geven een klassieke villa-opbouw weer, zoals we die kennen vanaf het begin van de 20ste eeuw. Daarbij staat een grote hal met trap centraal, een ruimte die niet alleen dient voor circulatie maar ook als ontvangstruimte.
De grote woon- een eetkamers onderstrepen eveneens de bedoeling van de villa om niet enkel te wonen maar ook gasten te kunnen ontvangen. Tevens valt op dat de scheiding tussen ontvangst- en dienstruimtes strikt geregeld is, via aparte gangen, toegangsdeuren en een diensttrap. Het comfortabele wonen wordt geïllustreerd door slaapkamers met elk een eigen badkamer.
De plattegrond van de hoofdvleugel is opgebouwd rondom de grote, twee verdiepingen hoge vierkante hal, waarin de trap naar de verdieping zit. Het huis kom je binnen via een inkomportaal, dat meteen aansluit meteen aan op de rechte oprit, die vanaf de Wolvendreef naar het gekasseide voorplein leidt. Vanuit deze “entrée” kun je links naar de vestiaire en rechts naar de hal, het centrum van de woning.
Ten westen van de inkomhal zit aan de voorgevel een grote, rechthoekige woonkamer met open haard. Tegen deze open haard aan, een uitbouw die later iets werd uitgebreid en tot bar omgevormd. Ten oosten van de traphal vertrekt een gang naar het office, een diensttrap en de keuken. De keuken is ook te bereiken via een dienstingang in de oostelijke zijgevel, die ook toegang biedt tot de arcade naar de garagevleugel. Aan de achtergevel van de hoofdvleugel, die aan zuidzijde uitkijkt op de tuin, zijn de eetkamer en de ontbijtkamer ondergebracht. De eetkamer kreeg een
bow-window, een typische venstervorm die de eetkamers van villa’s en cottages kenmerkt en de bedoeling had het licht en de tuin in het interieur te trekken. De bow window werd evenwel niet gerealiseerd maar vervangen door een raam met drie geledingen.
De hoofdvleugel is volledig onderkelderd. Er zijn grote provisie- en wijnkelders voorzien, evenals een kelder voor kolen en hout. Aan de achterzijde is de beerput ondergebracht, onder de keuken bevindt zich de ruimte voor de verwarmingsinstallatie.
De verdieping bevat vier ruime slaapkamers met badkamer. Verder is er een linnenkamer en een “studio” voorzien op het plan. De grote, dubbele garage is via een open arcade verbonden met de hoofdvleugel. Achter deze arcade bevindt zich een ruime “remise” of opslagruimte, vlakbij de keuken. De garage is in 1966 met een travee uitgebreid.
De tuin met een oppervlakte van circa 74 are situeert zich voornamelijk ten zuiden van de woning. De uitgekiende aanleg met tuinkamers zorgt er echter voor dat de tuin groter lijkt dan hij in werkelijkheid is. Het ontwerp gaat uit van inplanting, grondplan en gevelopbouw van de woning en houdt rekening met de vorm, de oppervlakte en de oriëntatie van het terrein. De tuinkamers zijn afgezoomd door taxus- en haagbeukhagen van diverse hoogte, gesitueerd op of langs de lengte- en dwarsassen. In de loop van de jaren 1960 heeft tuinarchitect Jacques Wirtz onder meer twee tuinkamers heringericht en een zwembad aangelegd met uitzicht op een laag tuinpaviljoen op kruisvormig grondplan, gemarkeerd door driehoekige frontons op eenvoudige zuilen. De in de tuin gebruikte materialen, bomen, heesters en kruidachtige planten gaan terug op de keuze van Page en Wirtz.
Auteurs: De Houwer, Veerle; Vanneste, Pol
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)
Siertuin met een oppervlakte van 74 are en 17 centiare, aangelegd in 1952-1953 naar een ontwerp van de Britse tuinarchitect Russell Page. In de loop van de jaren 1960 zijn aanpassingen doorgevoerd naar een ontwerp van de Belgische landschapsarchitect Jacques Wirtz.
Een wereldberoemd buitenbeentje
In de residentiële naoorlogse verkaveling van het voormalig kasteel van Walle werd op een hoekperceel een residentiële villa in landelijke stijl gebouwd. Het ontwerp uit 1951-1952 van de Kortrijkse architect Jacques Viérin (+1991) werd uitgevoerd in opdracht van bouwheer Franck De Poortere, zoon van Louis De Poortere, oprichter van de gelijknamige, intussen teloor gegane tapijtweverij met wereldfaam. De bijhorende tuin toont door zijn aanleg met tuinkamers groter dan hij in werkelijkheid is. Hij is aangelegd in 1952-1953 naar een niet gedateerd en gesigneerd ontwerp, dat afgeleid is van een niet gedateerd schetsontwerp met de handtekening van Russell Page (1906-1985). Page staat bekend als buitenbeentje in de internationale tuinarchitectuur en behoort tot de absolute wereldtop van de twintigste-eeuwse tuinontwerpers.
De tuin is ontworpen uitgaande van de inplanting en de gevelopbouw van de woning en rekening houdend met de vorm en de oppervlakte van het terrein en van de oriëntatie. Het ontwerp bevat verwijzingen naar het landschap en de tuinen in zuidelijk West-Vlaanderen met zijn appelboomgaarden met witgekalkte stammen en moestuinen met paden afgeboord door horizontale fruitsnoeren. Russel Page beschrijft in zijn in 1966 verschenen The education of a gardener deze invloed als volgt:"A little further north at Courtrai, where apples flourish, I have used them in the same way ... coming to a house through a true orchard of standard apples whose trunks are newly whitewashed each spring, lining kitchen garden paths with horizontal cordons...".
In de jaren 1960 voerde Jacques Wirtz (°1924) een aantal veranderingen door waarbij twee tuinkamers werden heringericht. De transformatie van de vroegere moestuin tot een buxustuin, de aanplanting van een quincunx van geknotte bomen en de aanleg van een zwembad met uitzicht op een fraai eenlagig tuinpaviljoen met kruisvormig grondplan behoren hiertoe. Wirtz geldt als de invloedrijkste naoorlogse Belgische landschapsarchitect met een internationale carrière en uitstraling. De gebruikte materialen en de bomen, heesters en kruidachtige planten gaan terug op de plantenkeuze van Page en Wirtz.
Een wandeling door de tuin
De tuin is ingedeeld in vijf tuinkamers tussen taxus- en haagbeukhagen van diverse hoogte die gesitueerd zijn op of langs de lengte- en drie dwarsassen.De tuin toont door zijn aanleg in zones of kamers groter dan hij in werkelijkheid is.
Zone 1 omvat de oprijlaan tussen langwerpige grasstroken met hoogstam fruitbomen en een vierkantig voorplein. De ontvangstzijde met portaal, parking en garages van de op de noordoostelijke hoek van het perceel ingeplante villa bevindt zich aan de noordzijde. De oprijlaan wordt aan de straatzijde gemarkeerd door lage muren en hekpijlers onder ezelsrug met houten hekken.De oprijlaan en het voorplein vormen de eerste grote dwars-as van de tuin. De oprijlaan bestaat uit twee rijstroken in rechthoekige kasseien in roze graniet met ertussen gebakken kleiklinkers. Er is veel zorg besteed aan het legwerk: de kasseien zijn in halfsteensverband gelegd en de kleiklinkers in blokverband. De stammen van de fruitbomen zijn zoals gebruikelijk in Vlaanderen gewit en aan hun voeten bloeien in het voorjaar narcissen. Het voorplein is aangelegd als een vierkantgrit van dezelfde kasseien in roze graniet als de oprit met ertussen eveneens gebakken kleiklinkers, geplaatst in blokverband. De as met de voordeur van de woning staat haaks op de as van de oprit. Strak geschoren taxushagen omsluiten zone 1. Negen hoog conisch gesnoeide taxussen vormen de groene architectonische tegenhangers voor de woning en de garages.
Tuinzone 2 ligt ten zuiden van zone 1, heeft ongeveer dezelfde afmetingen als de oprijlaan en bestaat uit een rechthoekige sunken garden in drie niveaus rond een centraal grasveldje. De trappen en contouren van de dolomiet paden bestaan uit kleiklinkers, de keermuren zijn van baksteen. Hier zorgen hoge, fraai breed uitwaaierend gesnoeide, zuilvormige taxussen (Taxus baccata ‘Fastigiata’) voor de beslotenheid. Op de rabatten bloeien heestertjes, vaste planten en bollen en knollen tussen varens. Met dit tuinonderdeel treedt Russell Page in de voetsporen van Thomas H. Mawson (1861-1933) en de architectonische tuinen uit de arts & crafts periode. Ten zuiden van de sunken garden sluit een breed graspad aan dat in noordelijke richting langs de woning doorloopt en stopt bij het hek naar de moestuin. Dit is de tweede grote dwars-as in de tuin.
Ten zuiden van zone 2 ligt zone 3. Deze zone heeft ongeveer dezelfde breedte als zone 2 maar is bijna drie keer zo lang. Ze bestaat uit een met taxus (Taxus baccata) omhaagde tuin die voor drievierden in vier gedeeld is door een breed graspad op de lengteas en een smal graspad halverwege op de dwars-as met op de kruising een cirkel. De vier perken zijn elk in drie aanliggende driehoeken onderverdeeld en wel zodanig dat vier paadjes in die perken samen met de lengteas en dwars-as de centrale cirkel in acht verdelen. Deze vier perken zijn beplant met bloeiende heesters. Helemaal ten zuiden in deze zone, in het resterende vierde deel, ligt ten slotte de derde grote dwars-as van de tuin, aangezet door een smal langwerpig kanaal in een meer natuurlijk ogende beplanting.
Ten oosten van zone 3 ligt tussen de woning en de zuidelijke perceelgrens zone 4 met het groot rechthoekig grasveld tussen tuinpaden. Op de tweede dwars-as staan vijf monumentale taxussen als pendanten van de tuingevel van de woning. In deze zone staan zes landschappelijk aangeplante bomen. Ten zuiden in zone 4 ligt op de derde grote dwars-as van de tuin een ruime rechthoekige spiegelvijver.
Ten oosten van zone 4 ligt over dezelfde lengte zone 5 met van noord van zuid drie moestuinperken van verschillende lengte en een vierkane parterre met centrale cirkel als eindpunt/vertrekpunt van de derde grote dwars-as in de tuin. Deze parterre werd niet uitgevoerd of in ieder geval al snel vervangen door een neoklassiek tuinpaviljoen, vermoedelijk naar een ontwerp van Russell Page. Op de moestuinpercelen naar ontwerp van Russell Page legde landschapsarchitect Jacques Wirtz in de jaren 1960 een buxustuin, een quincunx van geknotte bomen en een zwembad aan.
In het oosten van de tuin staat een wit geschilderd tuinhuis/badhuis naar klassiek model onder zadeldak met op het zuiden en westen vier rechte kolommen onder een vooruitspringend driehoekig fronton. Deze constructie geeft dit deel van de tuin een bijzonder cachet dat doet denken aan tuinen in Washington of Louisiana. Het is niet denkbeeldig dat Franck De Poortere dit paviljoen laten bouwen heeft naar aanleiding van een werkbezoek aan het zuiden van de Verenigde Staten van Amerika. Het tuin/huis badhuis speelt een toonaangevende rol in het oostelijk deel van tuin door de weerspiegeling in de twee waterbekkens naar ontwerp van Russel Page en in het zwembad naar ontwerp van Jacques Wirtz.
Is deel van
Wolvendreef
Je kan deze pagina citeren als: Inventaris Onroerend Erfgoed 2024: Villa met tuin van Russell Page [online], https://id.erfgoed.net/erfgoedobjecten/215912 (geraadpleegd op ).
Beheerder fiche: Agentschap Onroerend Erfgoed
Heb je een vraag of opmerking over deze fiche? Meld het ons via het contactformulier.