Het onderkelderde rijhuis is volgens de bouwaanvraag van 1936 gebouwd voor mejuffer Y. Paynjon naar ontwerp van Guillaume Gyselinck. Het huis telt twee bouwlagen boven een kelder en wordt afgedekt door een plat dak. De oranje bakstenen gevel is gemetseld in halfsteensverband op een onderbouw van donkere baksteen en een arduinen plint met twee verluchtingsroosters. Enkelhuis met een smalle rechter deurtravee en een brede linker venstertravee. Verspringende gevelvlakken en daklijsten, afgewerkt met staande pannen, verlevendigen de gevelopbouw. In de rechthoekige vensters onder verticaal geplaatste strekken is het schrijnwerk vernieuwd, het venster boven de deur is voorzien van een gemetste bloembak. De bewaarde rechthoekige houten vleugeldeur is voorzien van een verticale licht met rooster en een flankerend zijlicht met rooster in art-decostijl. Links van de deur is een aansluiting voor een buitenkraantje voorzien.
Op het bouwplan vertoont het huis een traditionele ruimte-indeling met op de begane grond rechts een inkomhal met trap, links een salon en een eetplaats; een bureel en een keuken zijn ondergebracht in de aanbouw rechts achter de trap. Op de bovenverdieping bevinden zich drie slaapkamers en een linnenkamer. De kelder voorziet een provisie en een wasplaats.
- Stadsarchief Gent, Bouwaanvragen particuliere woningen, G12, 1936/D/19.
- Artesis Hogeschool Antwerpen, Opleiding Monumenten – en Landschapszorg, 1ste master, Onuitgegeven nota’s Kristien Hanselaer, 2012-2013.