is aangeduid als vastgesteld bouwkundig erfgoed Commercial Building
Deze vaststelling is geldig sinds
Handels- en kantoorgebouw in art-decostijl, gebouwd in opdracht van Frans Daelemans van het bedrijf Liften Daelemans, naar een ontwerp door de architecten Jan Vanhoenacker, John Van Beurden en Jos Smolderen uit 1925.
Opgericht in 1905, behoorde Liften Daelemans tot de belangrijkste constructeurs van personen-, goederenliften en hijstoestellen in België, naast de Ateliers Jaspar uit Luik, de firma’s Etienne Thiery uit Antwerpen en Strobbe uit Gent. Het bedrijf werd in 1979 overgenomen door Thyssen. De "Commercial Building", een multifunctioneel complex dat grotendeels als vastgoedinvestering bedoeld was, omvatte twee winkels met aanhorigheden en kantoren op gelijkvloers en entresol, en kantoorplateaus bestemd voor verhuur op de vijf verdiepingen. Het nieuwbouwproject nam het terrein in van de afgebrande opslagplaatsen van de firma Daelemans, gevestigd in het aanpalende pand Falconplein 16. Achteraan het handels- en kantoorgebouw sloten nieuwbouwateliers bij de bestaande van de firma Daelemans aan. Tot slot werd het aangrenzende pand Schippersstraat 34, tijdens dezelfde bouwcampagne heringericht tot winkelhuis met huurkwartieren, achter een nieuw gevelfront. Aannemer van de bouwwerken was de Entreprises Générales de Construction Van Riel & Van den Bergh, concessionaris van het Franse Bétons Armés Hennebique, en decennialang een van de belangrijkste bouwbedrijven in Antwerpen. Het complex werd begin jaren 2000 herbestemd tot appartementen, waarbij de vroegere ateliers plaats maakten voor lofts.
Vanhoenacker, Van Beurden en Smolderen, associés sinds 1920 tot omstreeks 1930, waren aanvankelijk vooral actief in de wederopbouw van de Westhoek. Tot hun belangrijkste realisaties behoort het in 1924 ontworpen hotel Jussiant in de Arthur Goemaerelei. Vanhoenacker tekende in 1928 met Smolderen en Emiel Van Averbeke nog voor de Boerentoren op de Schoenmarkt, en in 1929 met Van Beurden en de associés Vincent Cols en Jules De Roeck voor het Century Hotel in de De Keyserlei. Smolderen van zijn kant was al in 1926 aangesteld als hoofdarchitect van de Wereldtentoonstelling van 1930. De “Commercial Building” is representatief voor de grootstedelijke architectuur in art-decostijl, die Vanhoenacker, Van Beurden en Smolderen in de loop van de jaren 1920 ontplooiden, zowel voor residentiële als mercantiele bouwprojecten. Naar vormgeving en decorum is het complex verwant met het in 1922 ontworpen appartementsgebouw Janssens aan de Mechelsesteenweg.
Na een voorzichtige start vóór de Eerste Wereldoorlog, ontwikkelde het huurkantoor zich in de loop van de jaren 1920 tot een vrij courant bouwtype in Antwerpen, eigen aan de economische activiteit van de handelsmetropool. Concentraties van dergelijke gebouwen waren vooral te vinden in de omgeving van de Meir, de Diamantwijk, en het havenkwartier.
Met een gevelbreedte van vijf traveeën omvat het gebouw zes bouwlagen en een entresol, onder een plat dak. Als structuur werd een driebeukige skeletbouw uit gewapend beton van het type Hennebique toegepast. De lijstgevel afgewerkt met een cementbepleistering type 'simili-pierre', op een met gevlamd marmer beklede pui, is vandaag volledig overschilderd. Axiaal symmetrisch van opzet, beantwoordt de gevelcompositie aan een klassieke driedeling opgebouwd uit de pui, de bovenbouw en de attiek. Structuur, geveldecor en smeedwerk, bepalen het art-decokarakter van het gevelfront. Het open karakter door middel van grote raampartijen weerspiegelt de oorspronkelijke functie van kantoorgebouw. Winkelpuien, oorspronkelijk met zijingang in spiegelbeeld, flankeren het rechthoekige middenportaal, gemarkeerd door een meerledig bovenlicht en typische art-decolantaarns uit metaal en glas aan weerszij. Het verticale ritme van de bovenbouw, bekroond door het opschrift "COMMERCIAL BUILDING" wordt bepaald door rechthoekige lisenen op kolossale pilasters, waarbij een driezijdige erker over de eerste drie verdiepingen de klemtoon legt op de middenas. Bovenbouw en attiek zijn opgebouwd uit regelmatige registers van brede, hoge muuropeningen, in de middenas uitgewerkt als drielichten, in de zijtraveeën over de eerste drie verdiepingen als oplopende, driezijdige bow-windows. Spaarzaam van aard beperkt het geveldecor zich tot een repetitief patroon van typische spiraalmotiefjes op de borstweringen, en tot de pilasterkapitelen in de vorm van een gestileerde bloemenkorf. Ditzelfde motief wordt herhaald in de smeedijzeren vensterleuningen. Het oorspronkelijk stalen schrijnwerk van de vensters is vermoedelijk naar oorspronkelijk model vernieuwd, de met smeedijzer versierde inkomdeur en de winkelpuien met glas in lood zijn verdwenen. Enkel het schrijnwerk van het bovenlicht en de lantaarns lijken nog oorspronkelijk.
De plattegrond beantwoordt aan een compacte structuur met een open plan, in de kern ontsloten door de cilindervormige traphal met geïntegreerde lift met flankerende lichtschachten. Volgens de bouwplannen wordt de centrale vestibule geflankeerd door twee winkelruimten, met achteraan een keuken en achterkeuken, en de toegang tot de erboven gelegen kantoren. De conciërgeloge sluit aan bij de traphal. De bovenverdiepingen hebben een open structuur opgedeeld door de traphal met aansluitend sanitair, met zowel aan straat- als aan koerzijde een grote kantoorruimte, allicht bedoeld om naar believen te worden ingedeeld. Achter het gebouw strekten zich oorspronkelijke de nieuwbouwateliers uit, een vierbeukige gewapend-betonconstructie van één bouwlaag onder sheddaken met de nok loodrecht op het kantoorgebouw, en een rechthoekige vleugel van drie bouwlagen met lift achteraan.
Auteurs: Braeken, Jo
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)
Is deel van
Falconplein
Je kan deze pagina citeren als: Inventaris Onroerend Erfgoed 2024: Commercial Building [online], https://id.erfgoed.net/erfgoedobjecten/216378 (geraadpleegd op ).
Beheerder fiche: Stad Antwerpen
Heb je een vraag of opmerking over deze fiche? Meld het ons via het contactformulier.