Eind 19de-eeuwse fontein gelegen in de zuidoostelijke hoek van de Markt gevormd door de nummers 33 en 35.
De fontein speelde een rol in de verbetering van de drinkwatervoorziening in Bilzen. Ook volkskundig is de ze belangrijk omwille van de vele verhalen die eraan vast hangen en de betekenis die ze heeft voor de stad.
De fontein werd eind 19de eeuw opgericht op de Markt, toen men ook begon met de sanering van de drinkwatervoorziening. Men verving toen het vervuilde grondwater uit putten door zuiver bronwater. In 1892 werd de eerste bron naar het centrum afgeleid. Dit was de bron die de huidige fontein voedde. Deze bron werd "Neutjeneer" genoemd en door Jef Cuvelier (1869-1947) "Pliniusfontein" genoemd. De bron situeerde zich in een steegje tussen de Brugstraat en de Bilzermolen.
In 1941 werd de fontein stuk gereden door een Duitse legervrachtwagen. In 1971 werd ze teruggeplaatst door toedoen van de heemkundige kring Bilisium, maar niet meer op haar oorspronkelijke plaats. Op oude postkaarten staat de fontein enkele meters meer naar het westen op de Markt. Het water kwam niet meer van de Neutjeneer, maar van een bron aan de voet van de Borreberg.
De eenvoudige fontein heeft een vierkante onderbouw van baksteen en is bekleed met blauwe hardsteen met hierop een vierkante hardstenen basis met watermond. Deze vierkante basis is bekroond met een conische achthoekige zuil in hardsteen. Eenvoudige hardstenen kuip voor de opvang van het water onder de kraan. Deze fontein was in het verleden nog bekroond door een petroleumlantaarn.
- MAURISSEN F. 2009: De fontein en de Neutjeneer, onuitgegeven tekst, heemkundige kring Bilisium.