is aangeduid als vastgesteld bouwkundig erfgoed Villa in cottagestijl
Deze vaststelling is geldig sinds
Villa in cottagestijl gebouwd in opdracht van de heer A. Vertongen, naar een ontwerp door de architecten Léopold De Coninck en Maurice Potié uit 1921. Oorspronkelijk veeleer eenvoudig van opzet, werd het landhuis in 1935 door De Coninck en Potié zelf en in 1953 door de architect Paul Tombeur aan de tuinzijde uitgebreid. Een project voor een vrijstaande garage door Potié uit 1942, waarvoor de lage aanbouw tegen de zuidelijke zijgevel diende te worden gesloopt, vond geen doorgang. De huidige garage aan de noordzijde dateert uit 1979.
De villa Vertongen is een bescheiden maar representatief voorbeeld van de landhuisbouw door Léopold De Coninck en Maurice Potié, die tijdens de jaren 1920 van dit type cottagevilla hun handelsmerk maakten. Opgericht in 1909, was het succesvolle architectenbureau drie decennia lang actief tot 1937. Potié zette de praktijk vervolgens minstens tot begin jaren 1950 onder eigen naam verder. Zowel tijdens de beginjaren als het interbellum liet het bureau zich in strikt stedelijke context opmerken met een architectuur in Frans geïnspireerde neorégencestijl, ontleend aan de klassieke beaux-artstraditie. Haast even exclusief was de voorkeur voor de pittoreske 'Old English'-stijl, geïnspireerd op de traditionele Engelse architectuur uit de 16de eeuw, in de landhuisontwerpen van het bureau bestemd voor residentiële verkavelingen. Hun eerste reeks cottagevilla's, waaronder de eigen woning van De Coninck, kwam al vóór de Eerste Wereldoorlog tot stand in de wijk van de Lourdesgrot in Edegem. Met in totaal een veertigtal woningen, drukten De Coninck en Potié tijdens de jaren 1920 hun stempel op de vroege ontwikkeling van de Nieuw-Parkwijk "Den Brandt". Na hun eerste cottage aan de Hagedoornlaan in 1920, bouwde het bureau het jaar daarop de negen woningen van hetzelfde standaardtype voor de bouwmaatschappij "Voorspoed" aan de Acacialaan. De meest voorname cottagevilla's kwamen vervolgens tot stand aan de Della Faillelaan, waar een opmerkelijke reeks van een tiental van dergelijke landhuizen het straatbeeld bepaalt.
Typische kenmerken van de cottagearchitectuur door De Coninck en Potié zijn de materiaalpolychromie van bak- en natuursteen in combinatie met houtbouw, het door elkaar toepassen van stijl- en regelwerk, ruwe beraping, decoratieve metselverbanden en leien schaliën, het plastische karakter van de informele, ogenschijnlijk organisch gegroeide volumes met complexe dakconstructies, aangevuld met levendige details als luifels, bow-windows, erkers, dakkapellen en schoorstenen. Daarbij zijn meerdere types plattegronden te onderscheiden, van de bescheiden burgercottage tot de standingvolle villa voor de gegoede klasse, met als constante de dominante inplanting van de ruim bemeten traphal in de kern van de woning. De villa Vertongen behoort tot het type van de bescheiden burgercottage.
Vrijstaand ingeplant in de breedte van het perceel, op een compacte, quasi rechthoekige plattegrond van oorspronkelijk drie bij twee traveeën, omvat de villa twee bouwlagen onder een complex, overkragend schilddak. De sobere constructie bestaat uit rood baksteenmetselwerk in kruisverband, vandaag ontsierd door een witte beschildering, met gebruik van houtbouw en bepleistering voor de geveltop, en rode pannen als dakbedekking. De door regelmaat beheerste, symmetrische opbouw van de villa doet geen afbreuk aan het pittoreske streven van dit type landhuisbouw. Naast de dominante dakconstructie, wordt het karakter vooral bepaald door het sterk geprononceerde, met een puntgevel bekroonde middenrisaliet van de voorgevel. Daarbij wordt de geveltop gemarkeerd door stijl- en regelwerk met windborden; een typisch detail zijn de conische steunberen op de hoeken. Brede, drieledige kozijnen flankeren het centrale rondboogportaal. De lage aanbouw met afdak tegen de zuidelijke zijgevel, onderdeel van de keuken, komt niet voor op de bouwplannen maar behoorde vermoedelijk tot het oorspronkelijke bouwprogramma. Het schrijnwerk van de inkomdeur en vensters, oorspronkelijk voorzien van loodglas en vensterluiken, is vernieuwd. Voor zover bewaard is het smeedijzeren voortuinhek overgroeid door de haag.
De plattegrond is georganiseerd rond de centraal ingeplante, inkom- en traphal, die volgens de bouwplannen op de begane grond wordt omringd door de suite van eetkamer en fumoir aan de noord- en oostzijde, en door de keuken met wasplaats aan de zuidzijde. De eerste verdieping groepeert rondom de traphal drie slaapkamers en de badkamer; het dakniveau herbergt slechts zolders. De uitbreiding aan de tuinzijde uit 1935 betrof een kinderkamer die in 1946 werd omgevormd tot garage en in 1953 verhoogd met een kantoor.
Auteurs: Braeken, Jo
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)
Is deel van
Vijverlaan
Je kan deze pagina citeren als: Inventaris Onroerend Erfgoed 2024: Villa in cottagestijl [online], https://id.erfgoed.net/erfgoedobjecten/216771 (geraadpleegd op ).
Beheerder fiche: Stad Antwerpen
Heb je een vraag of opmerking over deze fiche? Meld het ons via het contactformulier.