Villa in eclectische stijl met neotraditionele inslag, opgetrokken in opdracht van de Brusselaar Boon, waarvoor bouwaanvraag van 1906 en kadastraal ingetekend in 1907. In 1999 werd een bakstenen bijgebouw met gelijkaardige stijlkenmerken gerealiseerd dat door een veranda verbonden is met het hoofdgebouw. Omringende beboomde tuin.

Onderkelderd woonhuis van drie op drie traveeën en twee bouwlagen met verhoogde begane grond onder overkragende, gecombineerde bedaking. Baksteenbouw op een ruw gehouwen blauwe hardstenen plint; decoratieve verwerking van witte baksteen voor de muurbanden en ontlastingsbogen. Volumespel door diverse in- en uitspringende gevelvlakken met lijst- of afgeknotte puntgevels en door de benadrukte inkompartij in de zuidoostelijke hoek, met bordes onder verbouwd balkon op blauwe hardstenen pilasters.

Gevarieerde rechthoekige vensters waaronder kruiskozijnen en drielichten met blauwe hardstenen stijlen en lateien, onder samengestelde ontlastingsbogen. Bewaard houten schrijnwerk met typerende houten roedeverdeling en structuurglas in de bovenlichten. Twee deuren telkens bereikbaar door blauwe hardstenen treden. Meer sober uitgewerkte achtergevel voorzien van rechthoekige vensters onder ijzeren I-latei; heden beluikt maar sommige waren eertijds getralied.

Eclectisch interieur, met licht gewijzigde planindeling van voormalige inkomhal gevolgd door twee salons. Behoud van de voornaamste elementen als tegelvloeren met gestileerde motieven, parketvloeren in visgraatmotief, behouden hang- en sluitwerk der ramen en neorenaissance schouwen en dito lambriseringen. Kelder met troggewelven.

Een deel van de tuin is aangelegd in Engels geïnspireerde landschapsstijl voorzien van kronkelende paadjes.