In 1909 dienen de architecten Em. Van Nieuwerburgh & zoon een bouwaanvraag in voor de verbouwing van een magazijn tot een woonhuis in opdracht van A. Van Vaerewijck. De bouwtekeningen laten zien dat van het bestaande lage magazijn amper iets overblijft binnen de nieuwe structuur.
Er wordt een burgerwoning gebouwd van drie bouwlagen en twee/drie traveeën onder een zadeldak. De indeling van het interieur gebeurt volgens de klassieke 19de-eeuwse enkelhuisindeling, met rechts de gang met trappenhuis, geflankeerd door een enfilade van twee kamers. Daarachter, in een lagere aanbouw, veranda, keuken en kleine koer met toilet, op de verdiepingen kamers. Enkel het toilet dat op de eerste verdieping aan de achterkant zijn plaats krijgt, laat zien dat het hier een woning uit 1909 betreft, waar binnen de klassieke structuur, het moderne comfort wordt voorzien.
Ook aan de indeling en afwerking van de bepleisterde en witgeschilderde lijstgevel is de bouwperiode af te lezen: per bouwlaag werd gekozen voor een andere aanpak. Op de begane grond de hardstenen plint met keldergaten en imitatievoegen; per travee een rondbogige muuropening. De tweede bouwlaag is geaccentueerd door een gekoppeld drielicht met balustrade, verdeeld door zuilen met kapitelen, waarop een klassiek entablement steunt. Op de bovenverdieping twee eenvoudige rechthoekige vensters.
Het schrijnwerk van de deur is bewaard, voorzien van een oculus en van glas in lood in het bovenlicht. De benedenvensters kregen houten rolluiken en guillotinevensters met ronde roedeverdeling van het bovenlicht. T-vensters op de tweede bouwlaag. Het schrijnwerk van de bovenvensters is gewijzigd.
- Stadsarchief Antwerpen, Bouwdossiers, 1909 # 1573.
- S.N. 2013: Herwaarderingsplan Zurenborg, deel II: Inventaris, 32.