Deze burgerwoning werd rond 1922 gerealiseerd door architect Louis De Voeght in opdracht van Mees Rubbers. De architect koos voor een hele conventionele gevel, die qua materiaalgebruik en opbouw teruggrijpt naar de eenvoudige eclectische bouwstijl die rond 1910 populair was. Een veelkleurig bakstenen parement wordt gecombineerd met een per bouwlaag anders aangepakte gevelopbouw, wat elementen zijn die refereren naar de art nouveau. De woning is hiermee een voorbeeld van de conventionele architectuurstrekking die tijdens het interbellum veel meer voorkwam in Zurenborg dan de vooruitstrevende zuivere art deco of het modernisme.
De woning telt drie bouwlagen en drie/twee traveeën onder een plat dak. Rode bakstenen lijstgevel met plint in blauwe hardsteen en houten kroonlijst op klossen. Het parement is versierd met banden in witte geglazuurde baksteen. Blauwe hardsteen voor kordonlijst en doorlopende onderdorpels en voor de hoek- en sluitstenen van de muuropeningen. Klassieke indeling van de begane grond, met een deur links, en twee vensters, alle drie segmentbogig. Nadruk op de eerste verdieping door het grote, korfbogige drielicht met natuurstenen balkon met smeedijzeren leuning. Op de bovenverdieping twee segmentboogvensters. Het schrijnwerk van de deur en de benedenvensters is bewaard; boven werd het vervangen.
De woning kreeg de klassieke enkelhuisindeling, gangbaar voor de stedelijke burgerwoning sinds de 19de eeuw. In de deurtravee zit de gang met trappenhuis. Daarnaast een enfilade van salon, eetkamer en veranda, een samenstelling die op de verdiepingen wordt herhaald. Lagere achterbouw met onder meer de keuken.
- Stadsarchief Antwerpen, Bouwdossiers, 961 # 6739.
- S.N. 2013: Herwaarderingsplan Zurenborg, deel II: Inventaris, 237.