In 1901 diende Charles Matheï uit de Clementinastraat 63 in Antwerpen, een bouwdossier in voor deze art-nouveauwoning. Er is geen architect vermeld in de aanvraag. De geveltekening in het dossier wijkt af van de uitgevoerde woning: de halve bovenverdieping, verhoogd in de venstertravee, ontbreekt op het plan.
De woning telt twee traveeën en twee en een halve bouwlaag, met een lijstgevel met geel bakstenen parement op een plint van blauwe hardsteen en breuksteen. Witte natuursteen en groene geglazuurde baksteen zorgen voor polychromie. Materiaalgebruik en asymmetrische, speelse opdeling van de gevel zijn elementen uit de art nouveau, een bouwstijl die rijk vertegenwoordigd is in de Waterloostraat. Deze woning is een voorbeeld van een sobere interpretatie van de art nouveau, geïnspireerd op de geometrische art nouveau. We zien gelijkaardige voorbeelden in Antwerpen vertegenwoordigd in de oeuvres van bijvoorbeeld Adolphe Van Coppernolle, Edmond Lauwens of Theodoor Vermeulen.
De gevel is tweeledig, met een brede venstertravee links onder hoger uitgewerkte, door lisenen geaccentueerde lijstgevel. Rechts de smallere deurtravee, met een iets lagere lijstgevel. Beide delen zijn door een geknikte houten kroonlijst beëindigd, typisch voor de art nouveau. Op de begane grond zijn deur en vensters onder een doorlopende waterlijst gevat, uitgevoerd in een combinatie van witte natuursteen en groene geglazuurde baksteen. Rondboogdeur in ondiep portaaltje, met links ervan een rondboogvenster en in de venstertravee een breed drielicht met bakstenen tussenstijlen.
Accent op de venstertravee op de eerste verdieping, waar het drielicht door een hardstenen balkon met ijzeren leuning in geometrische art nouveau is versierd. De gekoppelde vensters zitten onder één ijzeren latei met rozetten; hardstenen onder- en tussendorpels met gesculpteerde art-nouveaubelijning. Boven de latei, een brede ontlastingsboog in groene baksteen. Het venster dat op die bouwlaag in de deurtravee zit, heeft eveneens een ijzeren bovenlatei en een hardstenen lekdrempel in art nouveau. Bekroning van de venstertravee door verhoogde gevel tussen lisenen. Zoldervenster in natuurstenen omlijsting, gecombineerd met een groene bakstenen rollaag. In de smallere en lagere deurtravee, wordt het zoldervenster herhaald, in minder hoge versie.
Het houtwerk van deur en vensters is even zorgvuldig vormgegeven als het smeedijzerwerk van het balkon en de hardstenen gesculpteerde details. Van het originele houtwerk is in de deur en alle vensters het bovenlicht met fijne roedeverdeling bewaard. Bij de drielicht op de verdieping zijn enkel de bovenlichten bewaard, de rest van het houtwerk is daar nieuw.
- Stadsarchief Antwerpen, Bouwdossiers, 1901 # 383.
- S.N. 2013: Herwaarderingsplan Zurenborg, deel II: Inventaris, 245.