A. Roisin, die drie jaar eerder zijn eigen woning liet bouwen een paar huizen verder in de straat, diende in 1904 een bouwaanvraag in voor de bouw van deze eclectische burgerwoning. Vermoedelijk bouwde hij dit als opbrengstwoning, waarmee hij een voorbeeld is van de kleine investeerder die we in alle eind-19de- en begin-20ste-eeuwse verkavelingen in het Antwerpse terug vinden.
Het gaat om een eenvoudige burgerwoning van drie bouwlagen onder een licht afhellend plat dak. De woning heeft een typische enkelhuisopdeling met smalle deurtravee en bredere venstertravee. Lijstgevel bekleed met wit bakstenen parement met donkerrode baksteen voor banden en accenten bij de muuropeningen. Houten kroonlijst op klossen en een blauwe hardstenen plint. Op de begane grond segmentbogige deur en vensters, met rollaag in afwisselend rode en witte baksteen, met natuurstenen sluitsteen. Op de eerste verdieping rondboogvensters, in de venstertravee voorzien van een balkon met smeedijzeren leuning. De bovenvensters zijn rechthoekig, onder hardstenen entablement. Het materiaalgebruik, waarbij witte met gekleurde baksteen wordt gecombineerd, is overgenomen uit de art nouveau. Dit wordt gecombineerd met eenvoudige neoklassieke elementen zoals de entablementen, de kroonlijst, de natuurstenen sluitstenen en het balkon.
Het schrijnwerk van deur en vensters is bewaard, met in de dubbele deur beglaasde delen voorzien van smeedijzeren traliewerk.
- Stadsarchief Antwerpen, Bouwdossiers, 1904 # 1696.
- S.N. 2013: Herwaarderingsplan Zurenborg, deel II: Inventaris, 249.