erfgoedobject

Stadswoning De Gulden Put

bouwkundig element
ID
21925
URI
https://id.erfgoed.net/erfgoedobjecten/21925

Juridische gevolgen

Beschrijving

Het pand bestaat uit een complex bouwvolume, samengesteld uit een breedhuis, verschillende achterbouwen en een binnenhof. Het breedhuis telt vijf traveeën en drie bouwlagen onder een leien zadeldak.

Historiek

De Grote Gulden Put, in de 19de eeuw Concordia genaamd, werd volgens Mantelius, auteur van ‘Hasseletum’, in 1659 door burgemeester Michiel van Hilst als herenhuis gebouwd. Het huidige gebouw omvat inderdaad restanten van een imposante constructie in Maaslandse renaissance. Het moet altijd een voornaam gebouw geweest zijn, aangezien het over een eigen put beschikte, met water van een uitstekende kwaliteit. Deze put gaf wellicht de oorspronkelijke naam aan het huis. Caluwaerts maakt in ‘Hasselt intra muros’ zelfs gewag van een arduinsteen met reliëfweergave van de Oudtestamentische scène Rebecca bij de bron, die oorspronkelijk als gevelsteen werd gebruikt, maar later op de binnenhof van het pand terecht kwam, alwaar hij na het midden van de 19de eeuw werd verwijderd. De eigendoms- en bewoningsgeschiedenis van het pand is vrij compleet vanaf de 18de eeuw:

  • bij testament van 4 mei 1725 vermaakte priester Vrerix het huis aan zijn neef advocaat Herman-Matthias Vossius-Sigers;
  • in 1735 was het van dokter Tilman Lunis-Sigers, die het verhuurde aan procureur-notaris Henrik Vanmuysen;
  • vervolgens werden Maurus en Anna-Margaretha ab Hilst eigenaars en bewoners;
  • in de eerste helft van de 19de eeuw bleek het huis in handen te zijn gekomen van Guilliam Claes-Bosch van Herckenrode, die het opnieuw verhuurde, en wel aan schepen Vannes en zijn zoon priester; zij vertoefden er tot het overlijden van de schepen in 1850;
  • na het overlijden van Claes erfde zijn schoonzoon Duvivier-Claes De Gulden Put, wiens dochter, gehuwd met advocaat Marcellin Roelants, het naderhand erfde; dochter Valerie Roelants behield het huis verder voor de familie; het huis werd ondertussen verder verhuurd, achtereenvolgens aan provinciegriffier Van Cauwenberg (tot 1857), de Centrale Bank van Limburg (4de kwart van de 19de eeuw) en tot slot werd het een koffiehuis, waar de Katholieke Associatie, het Davidsfonds en het Leesgezelschap hun vergaderlokalen hadden.

Beschrijving

Het pand bestaat uit een complex bouwvolume, samengesteld uit een breedhuis, verschillende achterbouwen en een binnenhof. Het breedhuis telt vijf traveeën en drie bouwlagen onder een leien zadeldak. De façade vertoont door een interne opdeling gedeeltelijk nog de karakteristieken van een 19de-eeuwse verbouwingsfase (twee rechtse traveeën), terwijl het grootste deel in de 20ste eeuw opnieuw is aangepast (drie linkse traveeën). Het gelijkvloers is volledig verbouwd en omvat een centrale poortdoorgang met links en rechts een winkelruimte, de verdiepingen vertonen een regelmatige traveespreiding met grote rechthoekige vensters. De oorspronkelijke diepte van het breedhuis is nog af te lezen uit de rechterzijgevel, een 17de-eeuwse puntgevel met hardstenen hoekblokken en speklagen, evenals een veelheid aan smeedijzeren krulankers. Deze diepte blijkt overigens nog steeds kadastraal uit een uitstulping in perceel 1017M. De linkerzijgevel moet blijkens een gouache van Bamps (1890) oorspronkelijk dezelfde afwerking hebben vertoond, maar is tegenwoordig volledig verbouwd.

De twee linkse, de centrale en de twee rechtse traveeën markeren min of meer de breedte van drie aaneengesloten aanbouwen van verschillende diepte. De rechtse aanbouw is een banale 19de-eeuwse constructie over de gehele diepte van het perceel, de centrale aanbouw is een 20ste-eeuwse overbrugging (tot op de hoogte van de tweede bouwlaag) van een stuk van de binnenkoer (zodanig dat de doorstroming vanaf de centrale poortdoorgang niet zou worden verhinderd), de linkse aanbouw omvat een belangrijk 17de-eeuws karkas met hoektoren en achterwaartse vleugel, evenals een recentere uitbreiding langsheen de binnenkoer, opnieuw over de gehele perceelsdiepte.

De centrale aanbouw wordt op een oude foto nog getoond als een tweeënhalve bouwlaag hoog bakstenen gebouw met puntgevel, hoekbanden, speklagen, zolderraam met kozijnverdeling en smeedijzeren muurankers. Het gebouw moet zich hebben uitgestrekt tot ongeveer de diepte van het hoektorentje, waardoor de 17de-eeuwse, achterwaartse vleugel niet werd overlapt. De tegenwoordige overbrugging is dieper dan deze aanbouw, en minder hoog. De linkse aanbouw gaat uit van een torenconstructie, die op de gouache van Bamps duidelijk als een hoektoren staat weergegeven, met hoekblokken, speklagen, kloosterkozijnen en halve kruisramen met negblokken, het geheel onder een kroonlijst op zware modillons en een dakruiter onder tentdakje. De geciteerde oude foto toont de linkerzijde van de toren, waaruit blijkt dat tussen de oude centrale aanbouw en de toren een tussenliggende constructie stond, voorzien van hardstenen hoekblokken en een geprofileerde kroonlijst onder een pannen lessenaarsdak. De toren bleef min of meer bewaard in de toestand zoals deze op de oude illustraties wordt weergegeven, maar de verbindingsconstructie onder zadeldak werd ondertussen wel verhoogd.

Vanaf de torenconstructie met linkse verbindingsbouw vertrekt een lagere baksteenbouw, een diephuisconstructie onder zadeldak, met een langsgevel van twee traveeën en twee bouwlagen, gedeeltelijk gedichte en van kruismonelen ontdane kruisramen met mergelstenen negblokken en doorlopende dorpels, hoekbanden, geprofileerde mergelstenen kroonlijst en smeedijzeren muurankers. De achtergevel is voorzien van een verlaagd aandak en mergelstenen schouderstukken.

  • CALUWAERTS G. 1989: Hasselt intra muros. Hasselt binnen de oude wallen. Historiek van straten, pleinen, gebouwen en huizen zoals opgetekend door Jan Juliaan Melchior (1848-1920) Deurne/Hasselt.
  • SCHLUSMANS F. (red.) 1981: Inventaris van het cultuurbezit in België, Architectuur, Provincie Limburg, Arrondissement Hasselt, Bouwen door de eeuwen heen in Vlaanderen 6N1 (A-Ha), Brussel - Gent.

Bron: Beschermingsdossier DL0002217, Hasselt Huis De Gulden Put (digitaal dossier).
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)


Relaties


Je kan deze pagina citeren als: Inventaris Onroerend Erfgoed 2024: Stadswoning De Gulden Put [online], https://id.erfgoed.net/erfgoedobjecten/21925 (geraadpleegd op ).

Beheerder fiche: Agentschap Onroerend Erfgoed

Contact

Heb je een vraag of opmerking over deze fiche? Meld het ons via het contactformulier.