Kazerne der wittenonnen, thans Internaat der Rijksnormaalschool, in 1840 opgericht op de plaats van de kerk en het klooster der wittenonnen, het zogenaamde Sint-Katharinadal der zusters franciscanessen-penitenten, gesticht in 1426 door Ida Putlincx; circa 1478 werd het klooster uitgebreid op de linkeroever van de Nieuwe Demer met het zogenaamde Cleyn Clooster, en dit na afbraak van het "Wolfhuis" met zijn poort en toren.

Het eerste klooster, op de rechteroever, werd in 1494 door Aleydis Blaerthuis uit steen heropgetrokken; aan de overzijde van de Wittenonnenstraat lag de "Susteren Dries" met boerderij en boomgaard, door een onderaardse gang met het klooster verbonden; het uiteinde der galerij is nog zichtbaar en werd als stapelplaats gebruikt in de stokerij Theunissen.

Het "Cleyn Clooster" werd afgebroken in 1742, terwijl in 1743 de huidige vleugel, tegennover de stokerij Theunissen werd opgetrokken; na de opheffing der orde bij de Franse inval werd het klooster in 1798 verkocht en kort daarna als zoutziederij ingericht; na verkoop aan de Staat werd het grotendeels afgebroken en vervangen door het huidige gebouw.

Bakstenen gebouw van elf traveeën en drie bouwlagen onder zadeldak (nok parallel aan de straat). Getoogde vensters met hardstenen lekdrempels in gecementeerde gevelregisters.

Ten oosten, de enig resterende vleugel van het wittenonnenklooster, thans achterbouw der stokerij Frijns. Classicistisch gebouw (nok loodrecht op de straat) van zeven traveeën en twee bouwlagen onder zadeldak (mechanische pannen), uit de tweede helft van de 18de eeuw. Bakstenen gebouw met verwerking van kalksteen onder meer voor hoekbanden en vensteromlijstingen. In de westgevel, getoogde vensters met trapezoïdale sluitsteen in een vlakke, rechthoekige omlijsting; op de tweede bouwlaag, natuurstenen nis met Lodewijk XV-motieven. Verlaagde zijgevels.