Het historisch gegroeid hoevecomplex gaat minstens terug tot de eerste helft van de 19de eeuw. Het bakhuis dateert van 1935 maar heeft mogelijk een oudere kern.
Historiek
De hoeve met losstaande bestanddelen wordt reeds weergegeven in de Atlas van de Buurtwegen (1840-1845) als bestaande uit een bakhuis ten oosten, een rechthoekig volume ten westen (mogelijk stalletje/schuurtje) en een langwerpig volume ten zuiden (mogelijk stal-woonhuis) van het erf. Op de oude toestand van de mutatieschets in 1915 staat het westelijk volume niet meer ingetekend en wordt een rechthoekig volume weergegeven op de plaats van het bakhuis. Op de nieuwe toestand van de mutatieschets in 1915 verschijnt ten zuiden van het erf op de plaats van het reeds bestaande langwerpige volume de huidige constellatie van het woonhuis met haakse stalvleugel. Volgens de mutatieschets in 1935 verschijnt ten laatste in 1935 opnieuw een bakhuis ten oosten van het erf. Dit bakhuis wordt op de mutatieschets in 1955 ingetekend als een vierkant volume, wat er mogelijk op wijst dat de bakoven op dat moment verdwenen was. Tegelijkertijd wordt ten westen van het erf een dienstgebouw gedocumenteerd, dat geassocieerd kan worden met een huidige –vervallen- bakstenen aanhorigheid (mogelijk stal/schuurtje). Op het huidige kadasterplan is een aanbouwsel tegen de stalvleugel van het woonhuis waarneembaar en lijken zowel het westelijke als het oostelijke dienstgebouw (voormalige bakhuis) volumetrische veranderingen ondergaan te hebben, die kunnen geïdentificeerd worden met recentere aanbouwsels. Links van de hoeve werden op het oorspronkelijke perceel in de loop van de tijd woningen opgetrokken.
Beschrijving
De hoeve heeft losstaande componenten geschikt rond een erf, bestaande uit een woonhuis met haaks stalvolume ten zuiden en bakstenen aanhorigheden ten oosten en ten westen. Rechts van de hoeve loopt een servitudeweg.
Het hoge woonhuis is parallel met de straat gelegen en omvat drie traveeën onder een zadeldak met mechanische pannen. Het is opgebouwd in stijl- en regelwerk met witgekalkte lemen vullingen op een gepikte bakstenen stoel. De straatgevel telt zeven gepikte stijlen en drie vensters tussen gepikte regels. De erfzijdegevel gaat gedeeltelijk schuil achter de haakse stalvleugel en telt één zichtbare vensteropening. Deze gevel is voor zover waarneembaar gedeeltelijk versteend. De inkomdeur met bovenlicht is gelegen in de noordelijke zijgevel, waarvan in de topgevel gedeeltelijk golfplaten verwerkt zijn. De topgevel van de zuidelijke zijgevel heeft een asbestplaten beschieting. Links van het woonhuis is langs de straatzijde een waterput met betonnen bovenbouw gelegen.
De kern van het oostelijke dienstgebouw mag volgens de huidige bewoonster geïdentificeerd worden met het bakstenen bakhuis (van ten laatste 1935), waarrond recentere aanbouwsels onder lessenaarsdaken (onder andere garage) opgetrokken werden. Mogelijk bevat dit bakhuis nog een oudere kern aangezien in de Atlas van de Buurtwegen reeds een bakhuis afgebeeld werd op deze plaats. Het zadeldak met oorspronkelijk Vlaamse pannen werd langs de erfzijde vervangen door golfplaten.
Interieur
Het woonhuis heeft de typische indeling behouden met twee grote kamers gescheiden door een centrale haard langs de straatzijde. Door de ongewone hoogte en breedte van het woonhuis zijn de vertrekken langs de erfzijde even groot als diegene langs de straatzijde. Binnenin zijn de oorspronkelijke lemen vullingen nog duidelijk zichtbaar.
Omgeving
De hoeve ligt iets achteruit ten opzichte van de straat in woongebied met landelijk karakter. Het erf is gedeeltelijk gebetonneerd en kan via een poortje tussen het woonhuis en het voormalige bakhuis of via de servitudeweg langs de rechterkant betreden worden. Achter de hoeve strekt zich een verwaarloosde tuin uit, die grotendeels in agrarisch gebied gelegen is. De onmiddellijke omgeving van de hoeve bestaat rechts uit een weiland, links uit een recenter woonhuis en langs de achterkant van het perceel uit laagstamfruitplantages. De wijdere omgeving is in noordelijke en (zuid)oostelijke richting grotendeels verkaveld en bevat nog enkele restanten van vakwerkhoeves.
SCHLUSMANS F. 1981: Bouwen door de eeuwen heen. Inventaris van het cultuurbezit in België. Architectuur. Deel 6n 2. Provincie Limburg. Arrondissement Hasselt, Gent, 528.
Bron: Beschermingsdossier DL002546, Herk-de-Stad Vakwerkhoeven (digitaal dossier) Datum: De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)
Je kan deze pagina citeren als: Inventaris Onroerend Erfgoed 2024: Vakwerkhoeve met losse bestanddelen [online], https://id.erfgoed.net/erfgoedobjecten/22442 (geraadpleegd op ).