Hoeve, uit de tweede helft van de 19de eeuw, met ordonnantie: stal-woonhuis-dwarsschuur. Acht traveeën onder zadeldak (nok loodrecht op de straat, Vlaamse pannen) met klimmend dakvenster boven de zesde ankerbalk.
Stijl- en regelwerk met witgekalkte, lemen vullingen op een zeer lage, bakstenen stoel en gepikte plint. Gepikte stijlen (zestien) en wandplaatschoren in de eerste, zesde en achtste travee. Twee vensters en twee deuren. Achtergevel van woonhuis en stal is versteend. Aangebouwde travee onder lessenaarsdak, aan weerszij afgeschuind (Vlaamse pannen), tegen de rechtse zijgevel (leipannen beschieting). Bakhuis ten zuidwesten.
Bron: SCHLUSMANS F. met medewerking van GYSELINCK J., LINTERS A., WISSELS R., BUYLE M. & DE GRAEVE M.-C. 1981: Inventaris van het cultuurbezit in België, Architectuur, Provincie Limburg, Arrondissement Hasselt, Bouwen door de eeuwen heen in Vlaanderen 6n2 (He-Z), Brussel - Gent. Auteurs: Schlusmans, Frieda Datum: De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)
Aanvullende informatie
De noordwand van het westelijke deel van de hoeve was oorspronkelijk in baksteen, maar is thans uitgevoerd in imitatievakwerkbouw (plaatsbezoek 08/01/2016).