Hoeve met losstaande bestanddelen, uit de 1ste helft van de 17de eeuw; door een gekasseide oprit, die over de slotgracht leidt, wordt het erf met het kasteel verbonden; ten oosten loopt de weg tussen de dienstgebouwen naar de straat toe. Bakstenen gebouwen onder zadeldaken (Vlaamse pannen), gegroepeerd rondom het rechthoekig erf.
Ten zuiden, langgestrekt gebouw van één bouwlaag, waarvan het gebogen zadeldak voorzien is van dakkapellen; uitstekende dakrand met uitgesneden modillons, thans door schoren gestut; ordonnantie: stal-woonhuis-stal. Bakstenen gebouw op een gepikte plint; gesmeed ijzeren muurankers. De stallen zijn voorzien van kleine, gedrukte rondboogvenstertjes; het woonhuis heeft twee houten kloosterkozijnen met sponningbeloop, duimen en diefijzers in het onderste gedeelte. Verankerde rondboogdeurtjes (vijf) in een rechthoekige kalkstenen omlijsting met negblokken; boven de woonhuisdeur, gevelsteen met twee wapenschilden met lelies, het jaartal 1648 en de opschriften KERCKHEM/ KERCKHEM.
De achtergevel gaat volledig schuil achter aanbouwsels: ten oosten, een open karrehuis onder lessenaarsdak (Vlaamse pannen); ernaast een glazen serre, geflankeerd door lage vierkante, torenachtige gebouwtjes (neogotisch, 19de eeuw). Getrapte westgevel met kalkstenen banden in de top; onderaan een gedicht houten kozijn, erboven twee kalkstenen bolkozijnen met negblokken.
Ten noorden, dwarsschuur geflankeerd door stallen; de weststal heeft zijn kern in stijl- en regelwerk bewaard, thans met bakstenen vullingen; twee oorspronkelijke zolderluiken. De dwarsschuur heeft een hoge verankerde rondboogpoort in een kalkstenen omlijsting met negblokken. De rechter stal is voorzien van een getoogde deur met een boog van een rollaag en een platte laag. Oostelijke zijgevel met aandak en vlechtingen; aanleunend een wat lagere stal en dwarsschuur in versteende houtbouw; de stal is voorzien van een rondboogdeurtje in een rechthoekige houten omlijsting, de schuur heeft een tot de dakrand reikende, houten poort. Pannen beschieting der oostelijke zijgevel.
Ten westen van deze vleugel en aansluitend ermee, drie 19de-eeuwse gebouwen, thans ingericht als woonhuis, met getrapte gevels aan de westzijde. Tegen de oostgevel, lage varkensstal onder lessenaarsdak, met vier lage deurtjes. De oostzijde wordt ingenomen door twee 19de-eeuwse gebouwen.
Bron: SCHLUSMANS F. met medewerking van GYSELINCK J., LINTERS A., WISSELS R., BUYLE M. & DE GRAEVE M.-C. 1981: Inventaris van het cultuurbezit in België, Architectuur, Provincie Limburg, Arrondissement Hasselt, Bouwen door de eeuwen heen in Vlaanderen 6n2 (He-Z), Brussel - Gent. Auteurs: Schlusmans, Frieda Datum: De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)