Alleenstaand classicistisch gebouw, gelegen in een park, en bereikbaar via een oprit en een ijzeren hek aan de straatzijde; ten noorden bleef een deel der oorspronkelijke omgrachting bewaard; enkele fraaie bomen, waaronder een notelaar en een wilde kastanje.
Het gebouw heeft een hoofdvleugel van vijf traveeën onder gebogen zadeldak (nok evenwijdig aan de straat, mechanische pannen), geflankeerd door twee lagere aanbouwen van elk drie traveeën onder schilddak; door middel van muurankers op de voorgevel gedateerd 1782.
Witgekalkt bakstenen gebouw met een verhoogde begane grond; de traveeën zijn gemarkeerd door bakstenen lisenen (penanten); de middentravee is verhoogd door middel van een driehoekig fronton, in de voorgevel beplankt. Getoogde vensters met recente luiken. Getoogde deur in een licht uitspringende bakstenen omlijsting op neuten. Het oorspronkelijk fronton van de achtergevel is afgewerkt met een holronde lijst en een oculus. Recent aanbouwsel onder lessenaarsdak tegen de zuidoostgevel.
Rechts van het inrijhek bevindt zich een rechthoekige kapel met apsis; witgekalkte baksteen; zadeldak (roofing); 2de helft 19de eeuw. Lisenen en spaarvelden bovenaan afgelijnd door een overhoekse muizentandfries; spitsboogvenstertjes in beide zijgevels. Steekboogvormig portaal.
Bron: SCHLUSMANS F. met medewerking van GYSELINCK J., LINTERS A., WISSELS R., BUYLE M. & DE GRAEVE M.-C. 1981: Inventaris van het cultuurbezit in België, Architectuur, Provincie Limburg, Arrondissement Hasselt, Bouwen door de eeuwen heen in Vlaanderen 6n2 (He-Z), Brussel - Gent. Auteurs: Schlusmans, Frieda Datum: De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)