Teksten van Parochiekerk Sint-Martinus met kerkhof

https://id.erfgoed.net/erfgoedobjecten/23141

Parochiekerk Sint-Martinus met kerkhof ()

De parochiekerk Sint-Martinus is het monumentale centrum van de kerksite van Velm. Op het oudere kerkhof bleven verschillende grafmonumenten bewaard. De kerksite wordt bereikt via een monumentale bordestrap.

Historiek

De Sint-Martinuskerk heeft volgens de Ferrariskaart (1771-77) een oudere voorganger, maar dit blijkt op het terrein enkel nog uit de op het kerkhof bewaarde, 17de-eeuwse grafstenen en -kruisen. In zijn huidige vorm dateert de Sint-Martinuskerk voornamelijk uit 1783. Dat jaartal staat te lezen op de sluitsteen van het portaal.

De kerk werd in 1912 vergroot door de aanbouw van een transept en een rechthoekig koor naar ontwerp van architecten V. Lenertz en H. Martens. Eén van de drie stilistisch gelijkaardige koorglasramen draagt de datering "1912", als verwijzing naar de uitbreidingswerken.

De kerk wordt omgeven door een kerkhof, dat al in de Atlas der Buurtwegen (1840-44) als ommuurd wordt weergegeven, maar dat sindsdien wel aanzienlijk is uitgebreid. De terreingrens aan straatzijde werd omstreeks 1910 (kadastrale mutatieschets 1910/6) rechtgetrokken en vermoedelijk verscheen toen ook de huidige monumentale inkompartij.

Beschrijving

Kerk
Exterieur

De kerk is opgebouwd uit een éénbeukig schip, vier traveeën diep met een gedeeltelijk ingebouwde westtoren, een transept en een rechthoekig koor met driezijdige sluiting. Ten noorden en zuiden van het koor zijn sacristieën aangebouwd.

Het geheel is opgetrokken in baksteen met natuurstenen plint (gedeeltelijk) en lijstwerk (rond deuren en ramen, kordonlijst tussen de eerste bouwlaag en het hogere gedeelte van de toren). Een leien zadeldak dekt het hoofdvolume af, een ingesnoerde naaldspits de toren.

De kerk is toegankelijk via een rondbogig westportaal, ingeschreven in een rechthoekige kalkstenen omlijsting met kwarthol profiel, imposten, sluitsteen en druiplijst. Een secundaire, getoogde ingangsdeur in rechthoekige, kalkstenen omlijsting is voorzien in een aanbouw tegen de zuidelijke transeptvleugel.

De vensters, één bekronend boven het westportaal, vier in elke laterale schipgevel, één in elke transept-kopgevel en vijf in het koor, alsook de vier galmgaten in de toren, zijn alle rondbogig en omlijst met symmetrisch geplaatste, kalkstenen negblokken. In de afgeronde muren die het schip met de westtoren verbinden zijn rechthoekige vensters ingebracht in kalkstenen omlijsting. De sacristieën zijn elk voorzien van een rechthoekig raam met telkens twee kalkstenen tussenstijlen en een dito omlijsting.

Interieur

Het kerkinterieur is sober, met een vloer in grijze natuursteentegels, bepleisterde wanden en zoldering. De wanden worden geritmeerd door rondbogige nissen, gescheiden door pilasters die de platte ribben van een overdekkend, afgevlakt tongwelf ondersteunen. De koorabsis heeft een gelijkaardige afwerking, maar hier dekt een straalgewelf met platte ribben het geheel af.

Qua monumentale bemeubeling zijn vermeldenswaardig:

  • een eikenhouten preekstoel uit het derde kwart van de 18de eeuw,
  • een laat-18de-eeuwse en een midden-19de-eeuwse classicistische biechtstoel,
  • een laat-18de-eeuws, classicistisch doksaal en
  • een orgel uit de eerste helft van de 19de eeuw.

De hoofd- en zijaltaren en het gros van het kleinere roerend kunstbezit zijn laat-19de- tot 20ste-eeuws. Vermeldenswaardige uitzonderingen op deze regel zijn:

  • twee schilderijen met voorstelling van Sint-Benedictus en Sint-Placidus (1677),
  • een schilderij met voorstelling van de Geseling van Christus (ca. 1700),
  • beelden van Sint-Barbara, Sint Anna-te-Drieën en Onze-Lieve-Vrouw met kind, geschilderd hout (16de eeuw),
  • een Onze-Lieve-Vrouw met kind, gepolychromeerd hout (begin 17de eeuw),
  • een Sint-Trudo, gepolychromeerd hout (begin 18de eeuw),
  • een offerblok met op schild geschilderde voorstelling van Sint-Elooi (1ste helft 18de eeuw)

De voornaamste vensters zijn voorzien van glasramen. De drie koorglasramen, waarvan het middenste blijkens een inscriptie een schenking is door pastoor L. Van Poucke in 1912, omvatten een centrale Golgothavoorstelling en twee heiligen tegen een veelkleurige achtergrond. De vier glasramen in het voorkoor en de transeptarmen, waaronder één met de tekst "dachtenis van de fam Copis Bertrand", zijn enigszins anders van stijl, met scènes in een centrale cartouche, geplaatst tegen een achtergrond van witglas, het geheel omboord met een gekleurde rand. De glasramen in het schip zijn van een soberder type, in witglas met een polychrome rand.

Kerkhof

Het voorste deel van het kerkhof is afgeboord met een balustrade, die op de hoeken wordt onderbroken door een pijler in baksteen met kalkstenen speklagen. Het achterste deel is ommuurd, gedeeltelijk met een oudere, hoge ommuring in baksteen, op regelmatige afstanden onderbroken door bakstenen pijlers. In de verbouwde zones en uitbreidingen is de ommuring lager, in baksteen met een ezelsrug afgedekt door pannen. Tussen kerkhof en kapelanij bleef een ijzeren hekje bewaard, toegankelijk via een trapje. De doorgang tussen kerkhof en pastorij is open.

Op het kerkhof, dat gedeeltelijk is ontruimd, bleven niettemin verschillende interessante grafkruisen bewaard van:

  • Lambert Bollars († 1630),
  • de jonge Putzeys († 1630),
  • Laureys David († 1631),
  • Jacob David († 1630),
  • Magd. Maygens († 1633),
  • Maria Uuttebroeck († 1636),
  • Gerardus Haenen († 1647) en echtgenote Elisabeth Sprolants († 1648),
  • een hergebruikt 17de-eeuws grafkruis op naam van Ioannes Streignart († 1864),
  • alsook het kruis van pastoor I. T. Gillot († 1875)

Daarnaast dienen twee 17de-eeuwse grafstenen te worden geciteerd, waaronder één exemplaar op de grond voor het zijportaal naast het zuidertransept. Tot slot omvat het kerkhof nog een rijk bestand aan 19de- en vroeg-20ste-eeuwse grafmonumenten.

Toegangstrap, muur- en hekwerk

De kerksite, hoog boven het straatniveau verheven, is afgedamd met een bakstenen muur, die is gemonumentaliseerd met een kalkstenen kordonlijst en baksteenlisenen.

Een monumentale dubbele bordestrap met tussenbordessen en een ijzeren balustrade leidt naar een trap die lijnrecht naar het kerkportaal leidt en links en rechts waarvan het kerkhof toegankelijk is.


Bron: Onroerend Erfgoed, Digitaal beschermingsdossier DL002445, Velm: kerksite
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)


Je kan deze tekst citeren als: Inventaris Onroerend Erfgoed 2024: Parochiekerk Sint-Martinus met kerkhof [online], https://id.erfgoed.net/teksten/157325 (geraadpleegd op ).


Parochiekerk ()

Classicistische zaalkerk, samen met de pastorie en het omringend kerkhof ingeplant op een heuvelrug. De kerk dateert van 1783 (jaartal op de sluitsteen van het portaal), doch werd in 1912 vergroot door aanbouw van een transept en een rechthoekig koor, naar ontwerp van de architecten V. Lenertz en H. Martens. De plattegrond beschrijft een éénbeukig schip van vier traveeën met gedeeltelijk ingebouwde westtoren, een transept, en een rechthoekig koor met driezijdige sluiting.

Bakstenen gebouw onder zadeldak (leien). Toren met ingesnoerde naaldspits. Rondboogvormige, kalkstenen vensters met symmetrisch geplaatste negblokken. Rondboogportaal, ingeschreven in een rechthoekige, kalkstenen omlijsting met kwarthol profiel, imposten, sluitsteen en druiplijst.

Bepleisterd interieur, afgedekt met een afgevlakt tongewelf op pilasters met imposten; boven de absis een straalgewelf met brede ribben.

Mobilair: twee schilderijen met voorstelling van Sint-Benedictus en Sint-Placidus (1677); schilderij met voorstelling van de Geseling van Christus (circa 1700). Beeld van Sint-Barbara, geschilderd hout (eind 16de eeuw); Sint-Trudo, gepolychromeerd hout (begin 18de eeuw). Eiken preekstoel (derde kwart 18de eeuw); twee classicistische biechtstoelen (eind 18de- en midden 19de eeuw); orgel (eerste helft 19de eeuw); classicistisch doksaal (eind 18de eeuw).

Op het kerkhof: grafkruisen en grafstenen (17de eeuw).

  • GEUKENS D., Fotorepertorium van het meubilair van de Belgische bedehuizen, Provincie Limburg, Kanton St.-Truiden, Brussel, 1977, p. 73-75.

Bron: SCHLUSMANS F. met medewerking van GYSELINCK J., LINTERS A., WISSELS R., BUYLE M. & DE GRAEVE M.-C. 1981: Inventaris van het cultuurbezit in België, Architectuur, Provincie Limburg, Arrondissement Hasselt, Bouwen door de eeuwen heen in Vlaanderen 6n2 (He-Z), Brussel - Gent.
Auteurs:  Schlusmans, Frieda
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)


Je kan deze tekst citeren als: Inventaris Onroerend Erfgoed 2024: Parochiekerk Sint-Martinus met kerkhof [online], https://id.erfgoed.net/teksten/23141 (geraadpleegd op ).