Deel uitmakend van het Theresianenklooster werd dit gebouw in 1786 verkocht en ingericht als herberg "Brussel". Het drielaags laatclassicistisch gebouw van zes traveeën onder zadeldak (eind 18de eeuw) toonde oorspronkelijk een bepleisterde en witgeschilderde lijstgevel op een zandstenen hoge sokkel. Imitatiebanden op de benedenverdieping, de bovenverdieping geritmeerd door als pilasters opgevatte penanten en een vereenvoudigde kroonlijst op klossen vervolledigen de gevel. De verdiepte rechthoekige vensters in een geprofileerde of vlakke omlijsting (respectievelijk tweede en derde verdieping) zijn voorzien van geprofileerde lekdrempels en ingediepte borstweringen in de bovenverdieping. De rondboogvormige koetspoort met sluitsteen en waaier bevat blijkbaar de oorspronkelijke vleugeldeur. De aangepaste vensters op de begane grond zijn voorzien van vernieuwde luiken. De noordelijke zijgevel werd duidelijk naar achteren toe vergroot en voorzien van een groot venster met lichtgekleurde beglazing met art-nouveau-inslag, als verlichting van het trappenhuis met grote bordestrap en versierde trappaal (19de eeuw). Aansluitend bevindt zich de zuidvleugel van het klooster.
Het interieur bevat een eenvoudige koetsdoorrit en een hoger gelegen inkomhal. De inkomhal heeft een gepleisterd en eenvoudig geprofileerd plafond met stervormig centraal motief gevat in cirkelvormige omlijstingen. In deze monumentale en ruime inkomhal bevindt zich een sierlijke eikenhouten trap in Lodewijk XVI-stijl. De trappaal voorzien van rankwerk waarin vogels zijn verwerkt, met ramskop en bekroonde bloemenkorf werd beroofd van een belangrijke bekroning die vermoedelijk bestond uit een leeuw. De trap is voorzien van balusters en de trapkoker wordt verlicht door een steekboogvormig glasraam in art-nouveaustijl (niet gedateerd, noch gesigneerd en mogelijk daterend van circa 1910-20). Het raam is symmetrisch opgevat met gestileerd bloem- en rankwerk. Verder is er een fraaie vloer in zwarte marmer met centraal stervormig motief in witte marmer, gevat in een vierkante witmarmeren omkadering, aanwezig. Aan weerszijden van de hal bevinden zich de kamers. Deze kamers werden fel versoberd, vermoedelijk gebeurde dit bij het inrichten tot school. De huidige leraarskamer, met verlaagd plafond, is voorzien van stucwerk met paneelwerk op lambrisering en muren. Supraportes zijn uitgewerkt in stuc, met rankwerk en ovaal medaillon.