Enkelhuis van drie traveeën en twee bouwlagen onder pannen schilddak, naar verluidt gebouwd circa 1908. Gevel afgelijnd met kantelen (twee traveeën rechts) en links dakvenster met trapgevel. Rode baksteen verfraaid met gele baksteen voor de muuropeningen, boogarcade en omlijsting trapgevel, groene geglazuurde steen voor de boogvelden, arduin onder meer voor de lekdrempels en bossage van sokkel. Kleurrijke interpretatie van de streekeigen baksteenarchitectuur zie onder meer de brede boogfries op de begane grond, de geprofileerde vensternissen en het trapgeveltje van de poorttravee. Het afwisselend baksteengebruik en de geometrische motieven in de boogvelden sluiten aan bij de doorsnee-vormgeving van begin 20ste eeuw. Vernieuwd houtwerk.