Enkelhuis van drie traveeën en drie bouwlagen -onder meer attiekverdieping met leien bekleed- onder plat dak, op de sokkel gesigneerd "Omer De Poorter architecte" (Ieper), die het in 1930 voor eigen rekening ontwierp. Lijstgevel van gele baksteen verfraaid met arduin en gecementeerde delen. Horizontale geleding door middel van kordonlijst, doorgetrokken lekdrempels en houten kroonlijst op modillons. Verticale indeling van de bovenverdieping door middel van vlakke pilasters op postament bekroond met lijstkapiteel. Deurrisaliet met vleugeldeur tussen schampstenen en met bovenlicht, bekroond met een smeedijzeren balkon met neorococo-allure. Segmentbogige muuropeningen met afgeronde bovenhoeken. Verzorgd ijzer- en houtwerk onder meer ramen met gebogen tussendorpels en kleine roedeverdeling in het bovenlicht.
Stadsarchief Roeselare, 327/1930.
PLANCKE M., De burgerlijke architectuur tijdens het interbellum te Roeselare, onuitgegeven licentiaatsverhandeling, RUG, 1990, p. 160, nr. 110.
Bron: DE GUNSCH A., METDEPENNINGHEN C., TANSENS A. & VANNESTE P. 1999: Inventaris van het cultuurbezit in België, Architectuur, Provincie West-Vlaanderen, Arrondissement Roeselare, Kanton Roeselare, Bouwen door de eeuwen heen in Vlaanderen 17n1, Brussel - Turnhout. Auteurs: De Gunsch, Ann; Metdepenninghen, Catheline; Tansens, Annick; Vanneste, Pol Datum: De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)