Oorspronkelijk twee haakse volumes (nummer 27) aangeduid op Vander Maelen (circa 1850). Vanaf eeuwwisseling uitgebreid bouwprogramma opgestart in opdracht van C. De Brouckère, zaakvoerder van gelijknamige spinnerij:

• 1899: eerstesteenlegging van zogenaamd "campagne" zijnde nummer 29 naar ontwerp van Albert Callebert van 1900
• 1900: vernieuwen van kap met versiering van hovenierswoning, dit is het voormalig woonhuis nummer 27 en bouw van serre (nummer 27) beide naar ontwerp van Albert Callebert, tevens bouw van een remise (nummer 27) en afsluitingsmuur aan de straatzijde
• 1910: bouw van villa op plaats van eerst genoemd woonhuis (nummer 27) naar ontwerp van Valère Duyvewaardt en bouw van een nieuw hoveniershuis naar ontwerp van Albert Callebert dit is nummer 25 met heden vernieuwd parement van 1938 naar ontwerp van Joseph De Coninck
• 1932: bouw van een woonhuis zijnde nummer 29a.

Nummer 27. Villa van één bouwlaag en zes traveeën in cottagestijl. Rechter deel van vijf traveeën gebouwd in 1910 naar ontwerp van Valère Duyvewaardt. In 1955 afbraak van westelijk gedeelte getypeerd door fraai uitgewerkte dakspanten naar ontwerp van Albert Callebert van 1900, waarna symmetrische uitbouw van woonhuis naar ontwerp van Adriaan Decan (Roeselare). Recente verplaatsing van voordeur van rechts naar links. In zijn huidige vorm, uitkragend mansardedak en dwarse volumes onder overstekende bedaking op schoorstukken. Klimmende dakkapellen. Beschilderde, bepleisterde gevels; rechthoekige muuropeningen.

Ten westen, voormalige paardenstal van 1900, heden onder overkragend zadeldak (leipannen) op schoorstukken, bewaarde troggewelven tussen I-balken, muuropeningen gewijzigd voor garagedeuren, gietijzeren lateien. Ten oosten, bewaard toegangsgedeelte van serre van 1900, gedeelte langs scheidingsmuur tot straat verdwenen. Ten noordwesten, van woonhuis, muurresten van schuur uit de jaren 1950.

Nummer 29. Zogenaamd "campagne" in cottagestijl naar ontwerp van Albert Callebert van 1900. Combinatie van verschillende volumes onder uitkragende daken (leien); hoofdblok onder tentdak, aanleunende volumes onder wolfs- of zadeldak op fraai uitgewerkte dakspant. Geschilderde gecementeerde gevel met schijnvoegen, pseudo-vakwerk in de puntgevel. Aan oostzijde, recentere uitbouw ter vervanging van houten veranda's. Het interieur kon niet worden bezocht doch is naar verluidt oorspronkelijk.

Ten westen, serre.