Woonhuis, oorspronkelijk horend bij de brouwerij van de familie Cauwe die opgestart werd in 1795; naar verluidt, behouden brouwerijkelders achter het woonhuis. Circa 1925 toevoeging van deurtravee rechts, wijziging erker en verbouwing achtergevel, tevens werkzaamheden in 1936. Rechts recenter poortgebouw.
Onderkelderd neoclassicistisch dubbelhuis uit het vierde kwart van de 19de eeuw; vijf traveeën en twee en een halve bouwlaag onder schilddak (nok parallel aan de straat, mechanische pannen), rechts bijgebouw van twee bouwlagen onder plat dak. Lijstgevel met driehoekig fronton boven het middenrisaliet. Baksteenbouw met gebruik van arduin voor de sokkel, de bekleding van het middenrisaliet op de begane grond, de aflijnende hoekstenen, vensteromlijstingen en gekorniste, doorgetrokken lekdrempels. Parement van rode en gele tegels in dambordpatroon, eveneens toegepast in de aanbouw. Getoogde beneden- en mezzaninovensters, eerst genoemde met grote diamantkopsluitsteen, andere met versierde sluitsteen. Rechthoekige bel-etagevensters in geriemde omlijsting met oren en sluitsteen. Vernieuwde deur met getoogd bovenlicht. Rechts aanbouw met breed venstertravee voorzien van rechthoekige erker met glas in lood; rechts rechthoekige deur voorzien van art-decoglas-in-lood waarboven lantaarn eveneens met art-decoglas-in-lood. Getoogde beneden- en mezzaninovensters in omlijsting met sluitsteen; rechthoekige bovenvensters met T-ramen in geriemde omlijsting met sluitsteen. In de achtergevel, reliëf met putti, gedateerd 1918 en getekend, "Alph. Van Beurden naar P.P. Rubens".
Interieur: salon met houten neo-Vlaamse-renaissance-aankleding, cassettenplafond met de jaartallen 1793, 1886, 1926 en 1952; haard met gietijzeren haardplaat met wapenschild en Delftse tegels; geschilderde wandbekleding op doek met heraldische leeuwen met bierton en banderollen met spreuken. Bewaarde balklaag, schouw en Delftse tegelbezetting in vroegere keuken (?). Trappenhuis met groot glas-in-loodraam met houten roeden uit het interbellum in de achtergevel.
- DELBECKE J., e.a., Monumentenzorg in Roeselare, Roeselare, 1994,, p. 34, fig. 10.
- MUYLAERT F., Het Roeselare van toen, Brugge, (1984), p. 102.