Twee kleine burgerhuizen van 1920, naar ontwerp van van E. Apers (Roeselare). Diephuizen van twee traveeën en twee bouwlagen onder zadeldak (mechanische pannen). Rode baksteenbouw op gecementeerde plint. Respectievelijk tuit- en puntgevel met aandaken en vlechtingen. Bij nummer 56, rechthoekige bovenvensters onder doorlopende latei met dropmotief en achthoekig venstertje in de topgevel; bovenlichten met kleine roedeverdeling. Verbouwde begane gronden. Nummers 58-60. Analoog doch met overkragende windborden en aflijnende baksteenfries. Rechthoekige muuropeningen onder getoogde ontlastingsbogen met arduinen aanzet- en sluitstenen. Verbouwde begane grond bij nummer 60.