Duitse bunker, tijdens de Eerste Wereldoorlog opgetrokken aan de halte Vierkaven of Vierkavenhoek langs de voormalige spoorlijn tussen Ieper en Roeselare, ter hoogte van de kruising van de baan Moorslede-Roeselare en kilometerpaal 17.
De aanleg van de spoorlijn Ieper - Roeselare, met lijnnummer 64, was voltooid op 12 april 1868. Langs het traject werden drie stations opgericht, met name te Zillebeke, Zonnebeke en Moorslede-Passendale. Daarnaast waren er ook nog een aantal haltes, waaronder aan het gehucht Vierkavenhoek. Spoorlijn 64 werd vóór de oorlog vooral gebruikt voor goederentransport. De lijn was gekend als de Stroroute of het Strooiroutje, naar het stro dat er op vervoerd werd.
Op 12 september 1914 viel al het treinverkeer tussen Roeselare en Ieper stil. Roeselare evolueerde de volgende oorlogsjaren tot een cruciaal zenuwknooppunt in het hinterland van het Duitse Vierde Leger. Spoorlijn 64 werd hierbij een essentiële verbinding tussen Roeselare en het front voor het vervoer van Duitse troepen, materiaal, bevoorrading en munitie. Ter hoogte van de diverse stations en haltes ontstonden depots voor materialen en munitie. Daar waar nodig werd een bijkomend netwerk aan smalsporen en metersporen aangelegd.
Ook bij Vierkaven werd bijkomende logistieke infrastructuur uitgebouwd. Ter hoogte van de kruising van de spoorlijn met de baan Moorslede-Roeselare, op Britse militaire stafkaarten aangeduid met Snice Crossing, waren er in augustus 1917 barakken opgetrokken. Toen liep er ten zuidwesten van de halte een spooraftakking in zuidoostelijke richting, waar het spoor ontdubbelde en eindigde ter hoogte van de huidige kruising van de Zilverbergstraat met Boomstraat. Ter hoogte van deze aftakking maar ook langs het treinspoor zelf werden depots uitgebouwd. In andere bronnen is er sprake van een Pionierpark bij Vierkavenhoek. In de omgeving werden militaire arbeiders ondergebracht. Tijdens de Derde Slag bij Ieper vormde de halte Vierkavenhoek het eindstation voor vele eenheden, die aan het Ieperfront gingen vechten. Veel manschappen werden er in de omgeving ingekwartierd. Bij Vierkaven was eveneens een groot munitiedepot ingericht, dat in september 1917 ontplofte. Tijdens het Bevrijdingsoffensief (28 november – 11 november 1918) was er opnieuw een munitiedepot voorhanden bij Vierkaven.
Na de Tweede Slag bij Ieper (22 april – 24 mei 1915) startten de Duitsers met de aanleg van een verdedigingssysteem in de diepte, met opeenvolgende stellingen. Moorslede kwam achter de Flandern II Stellung te liggen, een stelling die van ten zuidwesten van de dorpskern van Passendale tot ten westen van Drogenbroodhoek over Oosthoek liep naar Terhand en verder. Deze stelling werd uitgebouwd met prikkeldraadversperringen en vele betonnen bunkers. Achter, ten oosten van deze Flandern II Stellung werd een Artillerie-Schutz-Stellung aangelegd, die voor wat grondgebied Moorslede betreft vanaf Pottegemsgoed liep tot net ten oosten van de dorpskern van Moorslede, vervolgens zuidwaarts richting Spriethoek en Strooiboomhoek. Deze artilleriestelling was in oktober 1917 nog niet voltooid, en bestond op grondgebied Moorslede vooral uit prikkeldraadversperringen.
Op de Duitse stafkaart van 6 oktober 1917 staan ook nieuwe stellingen uitgestippeld: zo werd er voorzien dat de Staden-Riegel, een grendelstelling die de Artillerie-Schutz-Stellung kruiste ter hoogte van Westrozebeke, net ten noordoosten van Vierkavenhoek een aanknoping moest vinden bij de Flandern III Stellung. Deze Flandern III Stellung passeerde net ten noordoosten van de kruising van de baan Moorslede-Roeselare met spoorlijn 64 om vervolgens ten noorden van Beitem opnieuw zuidwaarts af te draaien. Het is onduidelijk in hoeverre deze stellingen hier uitgebouwd waren ten tijde van de Derde Slag bij Ieper.
Nadat de Derde Slag bij Ieper in november 1917 doodgebloed was bij Passendale, was de frontlijn grondig gewijzigd. Er dienden nieuwe stellingen uitgestippeld en uitgebouwd te worden. De Flandern III Stellung werd herdoopt tot Flandern I Stellung en passeerde nog steeds net ten noordoosten van de kruising van de spoorlijn Ieper-Roeselare met de baan Moorslede-Roeselare. De Flandern I Stellung werd tot aan Sint-Pieter uitgebouwd met stukjes loopgraaf, vele prikkeldraadversperringen en bunkers. Deze stelling was niet voltooid toen het geallieerde Bevrijdingsoffensief eind september 1918 losbarstte. Maar deze stelling werd door de geallieerden flink onderschat en zou hen veel bloedvergieten kosten.
Er werd een Moorslede-Riegel uitgestippeld die ter hoogte van De Ruiter aftakte van de Artillerie-Schutz-Stellung rond Roeselare en ten noorden van Moorslede uitmondde bij de Flandern I Stellung. Deze Moorslede Riegel passeerde net ten westen van de kruising van de spoorlijn Ieper-Roeselare met de baan Moorslede-Roeselare. Onder meer de 8. Reserve-Pionier-Kompagnie 89 hielp in februari 1918 mee met het optrekken van diverse betonnen constructies langs deze Moorslede-Riegel. Deze pioniereenheid diende in deze periode ook een Feldbahn ten behoeve van de artillerie aan te leggen ter hoogte van Colliemolenhoek en Vierkavenhoek.
In de omgeving van Vierkaven werden tijdens de oorlog tien bunkers opgetrokken, aldus een lijst uit 1922 waarin de af te breken bunkers staan opgesomd. Dit wijst nogmaals op een sterk uitgebouwde verdediging ter hoogte van Vierkaven. Enkel onderhavige bunker is bewaard gebleven.
Het is onduidelijk wanneer de bunker bij de halte Vierkaven exact is opgetrokken. De inplanting van de bunker, de vorm en de sporen op de betonnen buitenmuren wijzen er alvast op dat de bunker is opgetrokken tegen of binnenin een bestaand gebouw. Het betreft hier geen standaardbunker zoals doorgaans werd opgetrokken langs de Flandern I Stellung van 1918.
De luchtfoto van 5 september 1917 geeft geen uitsluitsel of de bunker op dat moment al was opgetrokken : er is op die plek wel een constructie te zien, maar dit betreft mogelijk het haltegebouw van Vierkaven of een ander gebouw. Op 5 september 1917 was het gehucht Vierkaven nog relatief gespaard gebleven van vijandelijke artilleriebeschietingen. Tijdens de daaropvolgende weken veranderde dit uitzicht echter grondig en kwam deze regio onder systematisch artillerievuur terecht, met onder meer de hoger vermelde ontploffing van het munitiedepot bij Vierkaven op 24 september 1917. De regio degradeerde in enkele weken tijd tot een kraterlandschap.
De bunker is opgetrokken net ten westen van het eigenlijke tracé van de Flandern I Stellung, in functie van de verdediging van dit strategische kruispunt van de spoorlijn met de baan Moorslede-Roeselare. De constructie was goed gecamoufleerd, waardoor hij heel moeilijk waarneembaar is op militaire luchtfoto’s. Hij werd niet aangeduid op geallieerde militaire stafkaarten.
Op 28 september 1918 ging het geallieerde Bevrijdingsoffensief van start. Het was het eerste offensief waaraan het volledige Belgische Leger deelnam. De Legergroep Vlaanderen onder leiding van Koning Albert I was georganiseerd in de Groepering Noord, Centrum en Zuid, met daarnaast nog het Britse Second Army. Vierkavenhoek lag in de aanvalssector van de Groepering Zuid, onder leiding van luitenant-generaal Biebuyck.
De Belgische aanvallers hadden op de eerste dag van het offensief globaal gezien ongeveer acht kilometer terrein veroverd. Tijdens de tweede aanvalsdag slaagden de Groepering Zuid en het Britse Tweede Leger een opmars tot 7 kilometer te bewerkstelligen en de Keiberg en Moorslede te veroveren. Tegen de avond was het gehucht Sint-Pieter bereikt, maar nergens was de Flandern I Stellung doorbroken. Op de derde dag van het offensief geraakte de Groepering Zuid niet ver: de vijand had zich gereorganiseerd en bezette met talrijke mitrailleurs de Flandern I Stellung. Tegen de avond was de volledige Groepering Zuid vóór de Flandern I Stellung gestopt. Enkel het 2de Regiment Grenadiers slaagde er – als eerste regiment – in de Flandern I Stellung binnen te dringen ter hoogte van Vierkavenhoek. Het 2de Grenadiers zou meer bepaald aan kilometerpaal 17 van de spoorweg Ieper-Roeselare een Duitse positie weten te veroveren en te behouden: dit is de plaats waar onderhavige bunker is opgetrokken.
Maar het was duidelijk dat de sterkte van de stelling zwaar onderschat was. De verdediging steunde op een sterk georganiseerd net van weerstandsnesten, gecombineerd met een zeer doeltreffende artilleriesteun.
Het 17de linieregiment (8ste Infanteriedivisie) slaagde er op 1 oktober in de Flandern I Stellung ter hoogte van Sint-Pieter binnen te dringen. Het Britse Second Army slaagde er ten zuiden van Sint-Pieter in om de Flandern I Stellung te doorbreken en Ledegem te bereiken. De 12de infanteriedivisie probeerde op 2 oktober opnieuw vooruitgang te boeken, maar elke poging wordt onmiddellijk door artillerie en mitrailleurvuur gestopt. Op 3 oktober werd de Flandern I Stellung doorbroken tussen Hazewindeken en Most. Ook op 4 en 5 oktober werd in deze omgeving zwaar gevochten en werd beperkte vooruitgang geboekt. De eerste fase van het Bevrijdingsoffensief was vastgelopen.
De manschappen waren uiterst moe wegens de aanhoudende gevechten, het slechte weer en het gebrek aan ravitaillering. Wegen dienden hersteld te worden, artillerie en munitie naar voor gebracht, manschappen afgelost. Pas op 14 oktober zou de tweede fase van het offensief ingezet worden en konden De Ruiter, Roeselare, Moorslede, Ledegem en Beitem volledig worden bevrijd. In deze zogenaamde tussenfase zouden er in Moorslede alleen al 14 officieren en 468 manschappen vallen, vooral aan Vierkaven en Koekuitkasteel.
Betonnen militaire post langs de voormalige spoorlijn 64 (Ieper-Roeselare) ter hoogte van de kruising met de baan Moorslede-Roeselare. De voormalige spoorlijn is nu ingericht als fietspad, de zogenaamde Stroroute. De bunker ligt parallel met de spoorlijn, op de plaats waar de treinhalte Vierkaven gesitueerd was. Vierkaven ligt op de noordelijke flank van het plateau van Moorslede, op de 30 meter hoogtelijn, iets hoger dan de onmiddellijke omgeving.
Het betreft een vrijstaande, halfondergrondse betonnen militaire constructie met een min of meer rechthoekige plattegrond van grosso modo 7,60 x 5,85 meter. Het dak van de constructie is ongeveer 2 meter dik, en bovenaan bolvormig afgewerkt. Op het dak is deels grasbegroeiing aanwezig, wellicht tijdens de oorlog aangebracht als camouflage. Tegen de dakrand zijn rode bakstenen aangebracht. De zijmuren zijn tegen een houten bekisting gegoten. De afwerking van de muren is vaak onregelmatig: op enkele plekken in het beton zijn er verticale uitsparingen te zien, evenals bakstenen restanten. Hier en daar zijn de gietnaden slordig uitgevoerd. Aan noordoostelijke en zuidwestelijke zijde zit telkens een toegang, die de uiteinden vormen van een gang die via een centrale deuropening toegang verschaft tot vermoedelijk één ruimte.
Bron: Onroerend Erfgoed, digitaal beschermingsdossier 4.001/36012/104.1, Duitse bunker Vierkaven uit de Eerste Wereldoorlog in Moorslede (DECOODT H., 2016).
Auteurs: Decoodt, Hannelore
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)
Je kan deze tekst citeren als: Decoodt H. 2016: Duitse bunker Vierkaven [online], https://id.erfgoed.net/teksten/193741 (geraadpleegd op ).
Duitse betonnen militaire post, opgetrokken bij het inmiddels verdwenen station Vierkaven, aan de kruising van de baan Roeselare-Moorslede met de voormalige spoorlijn 64 (Ieper-Roeselare), dat nu ingericht is als fietspad. Vierkaven ligt op de noordelijke flank van het plateau van Moorslede, op de 30 meter hoogtelijn, iets hoger dan de onmiddellijke omgeving.
Historiek
De betonnen post is opgetrokken op de kruising van de baan Roeselare-Moorslede en de voormalige spoorlijn Ieper-Roeselare, op Britse kaarten ook wel aangeduid met 'Snice Crossing'. Hier kruiste eveneens de 'Keiberg-Moorslede-Riegel' de voormalige spoorlijn Ieper-Roeselare. Ter hoogte van deze kruising werden ook de prikkeldraadversperringen van de eerste lijn van de 'Flandern I Stellung' aangelegd, die hier vanaf de winter van 1917/1918 werd opgetrokken. Bij Vierkaven hadden de Duitsers een opslagplaats ingericht en waren er verschillende aftakkingen van het spoor aangelegd.
Eind september 1918, tijdens het Geallieerde Bevrijdingsoffensief, blijkt dat de Duitsers de 'Flandern I Stellung' bezetten met talrijke mitrailleurs, waardoor de geallieerde opmars sterk gehinderd wordt. De 'Flandern I Stellung' kon voor het eerst doorbroken worden ter hoogte van Vierkaven, meer bepaald op 30 september 1918 door het Belgische Tweede Regiment Grenadiers.
In mei 1940 werd de betonnen post gebruikt als schuilplaats voor omwonenden.
Beschrijving
Vrijstaande, halfondergrondse betonnen militaire constructie met min of meer rechthoekige plattegrond van grosso modo 760 x 585 centimeter. Het dak van de constructie is ongeveer 200 centimeter dik en bovenaan bolvormig afgewerkt. De zijmuren zijn tegen een houten bekisting gegoten. Er zijn twee toegangen (aan noordoostelijke en zuidwestelijke zijde) tot een gang, die op zijn beurt vermoedelijk toegang verschaft tot een ruimte binnenin.
Auteurs: Decoodt, Hannelore
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)
Je kan deze tekst citeren als: Decoodt H. 2013: Duitse bunker Vierkaven [online], https://id.erfgoed.net/teksten/151308 (geraadpleegd op ).
Betonnen Duitse bunker van de Eerste Wereldoorlog, aan de in 1970 afgeschafte spoorlijn Ieper-Roeselare.
Bron: DE GUNSCH A., METDEPENNINGHEN C., TANSENS A. & VANNESTE P. 1999: Inventaris van het cultuurbezit in België, Architectuur, Provincie West-Vlaanderen, Arrondissement Roeselare, Kanton Roeselare, Bouwen door de eeuwen heen in Vlaanderen 17n1, Brussel - Turnhout.
Auteurs: De Gunsch, Ann; Metdepenninghen, Catheline; Tansens, Annick; Vanneste, Pol
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)
Je kan deze tekst citeren als: De Gunsch A. & Metdepenninghen C. & Tansens A. & Vanneste P. 1999: Duitse bunker Vierkaven [online], https://id.erfgoed.net/teksten/24213 (geraadpleegd op ).