Zogenaamd "Sint-Jorishof". Dit complex, gebouwd tussen 1469 en 1477, was tot de Franse revolutie het Gildelokaal van de Kruisboogschutters. De Gilde opgericht in de 11de eeuw kocht het perceel waar de eerste, houten lakenhal stond en bouwde er haar Gildehuis en een groot schuttershof met oefenterrein, op rechthoekig grondplan, dat reikte tot aan het Belfort.
Het prachtig gebouw van Ledesteen werd gerestaureerd in 1911-1912 onder leiding van H. Geirnaert. In de loop van de 19de eeuw had men immers de gevels, met uitzondering van de geveltop aan de Botermarkt, bepleisterd; de kruiskozijnen en de bolkozijnen waren uit de vensters verwijderd en de kleine houten dakkapellen waren verdwenen. Bij de restauratie decapeerde men de gevels en herstelde ze in hun oorspronkelijke staat, men voegde er eveneens een hardstenen trap in gotische stijl aan toe en een balustrade opengewerkt met gotisch maaswerk aan de trapgevel, die verrijkt werd met een Sint-Jorisbeeld. Het interieur verloor zijn oorspronkelijk karakter bij de aanpassing als hotel-restaurant. Achtergevels en aanbouwen uitziend op binnenplaats in traditionele stijl wederopgebouwd.
De gevel (nok parallel aan de straat) aan de kant van de Hoogpoort, bestaat uit twee delen (gescheiden door een trap gevel in het zadeldak) van zeven en acht traveeën met twee bouwlagen en een kelderverdieping onder een zadeldak (leien). Gemarkeerde registers der vensters en borstweringen door de waterlijsten. Vensters met kruiskozijnen voorzien van ontlastingsbogen. De zeven eerste travee zouden de oudste zijn (1469) en worden voornamelijk gemarkeerd door de grote inrijpoort met tudorboog overspannen met gebogen waterlijst op horizontale aanzet. Benedenvensters met bolkozijnen in de laatste zeven traveeën en twee spiegelboogdeuren. Op de borstweringen hangen wapenschilden van Gent, Vlaanderen, Oostenrijk, Bourgondië, Spanje en de Sint-Jorisgilde. Boven de stenen kroonlijst is het zadeldak doorbroken door dakkapelletjes en twee getrapte dakvensters voorzien van spitsboogvensters met gotisch maaswerk waar zich de kapel bevond. Gotische trapgevel (7 trappen + topstuk), aan de Botermarktzijde met vier traveeën en drie bouwlagen. Drielichten en twee korfboogdeuren op de begane grond; insteek met bolkozijnen, kruiskozijnen op bovenverdieping Doorlopende waterlijsten en schilden op de borstwering.
Op de hoek is een nis uitgespaard waarin zich een Mariabeeld bevindt, het oorspronkelijk beeld vervaardigd door Willem Huyghe werd bij de restauratie vervangen door een beeld van Aloïs De Beule (1861-1935). Balustrade met gotisch traceerwerk lopend voor de geveltop met spitsboogvormig drielicht. Op het topstuk prijkt het beeld van Sint-Joris met de draak van de hand van Geo Verbanck (1881-1961).
Het interieur verloor zijn oorspronkelijk karakter bij de aanpassing als hotel-restaurant. Achtergevels en aanbouwen uitziend op binnenplaats in traditionele stijl wederopgebouwd.
Bron: BOGAERT C., LANCLUS K. & VERBEECK M. met medewerking van LINTERS A. & DAMBRE-VAN TYGHEM F. 1976: Inventaris van het cultuurbezit in België, Architectuur, Stad Gent, Bouwen door de eeuwen heen in Vlaanderen 4na, Brussel - Gent. Auteurs: Bogaert, Chris; Lanclus, Kathleen; Verbeeck, Mieke Datum: De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)
Je kan deze pagina citeren als: Inventaris Onroerend Erfgoed 2024: Gildelokaal van de kruisboogschutters Sint-Jorishof [online], https://id.erfgoed.net/erfgoedobjecten/24548 (geraadpleegd op ).