Burgerhuis ()

Het burgerhuis gaat terug op een meerlagig middeleeuws pand opgetrokken uit Doornikse kalksteen met een constructiemethode (Opus Incertum, kraagstenen, zuilen, toegang en trapconstructie van op de openbare weg) en vormentaal (decoratieve kapitelen) eigen aan de 13de eeuw.

De oorsprong van het pand gaat terug op een grote constructie van 29 bij 13 meter in Doornikse steen, haaks op de Hoogpoort. Het pand werd opgesplitst in twee percelen waardoor de kelder ter hoogte van de kolommen opgedeeld is en we spreken van de oostelijke en westelijke beuk. Met uitzondering van een kleine ruimte achteraan werd de onderste bouwlaag in tien vakken verdeeld door drie kolommen en een muurpartij. De basementen van de kolommen zitten onder het huidige vloerniveau. De schacht is opgebouwd uit verschillende trommels en wordt bekroond met een polygonaal bladkapiteel. De achtzijdige dekplaat heeft een kwartholprofiel. De kraagstenen zijn eveneens polygonaal. Sporen in de rechterbeuk wijzen er op dat de kelders oorspronkelijk met een gewelf in Doornikse steen waren overspannen. Momenteel hebben beide kelders een bakstenen kruisgewelf steunend op kraagstenen in Doornikse steen. Aan de oostzijde van de voorgevel situeert zich de oorspronkelijke ingang. Vermoedelijk was de verdieping oorspronkelijk halfondergronds. In de oostmuur, derde vak, bevindt zich nog de originele haard waarvan de kraagstenen als steun voor de schouwmantel nog bewaard zijn. In het tweede vak van dezelfde muur is nog een (kaars)nis aanwezig. De toegang tot de achterliggende kelder in de oostelijke beuk is nog origineel.

Van de westelijke beuk bleven drie van de vier traveeën bewaard. Of er eveneens een achterbouw was is onduidelijk. Het muurfragment in Doornikse steen langs de Werregarenstraat kan beschouwd worden als een restant van een omheind erf. Geen van beide kelders werden uitgediept.

Het 16de-eeuws bovengronds linkerpand heeft een opstand van vier traveeën en drie bouwlagen onder een zadeldak. De zandstenen gevel heeft aangepaste rechthoekige vensters onder ontlastingsbogen. Sporen wijzen op een oorspronkelijk overkragende bovenverdieping op spits- en rondbogen. De rondboogdeur met hol geprofileerd beloop van zandsteen op neuten en imposten is ingeschreven in een spiegelboog en voorzien van inspringende sluitsteen volgens archiefstukken daterend uit 1750. De benedenverdieping werd zwaar verbouwd. De zijtrapgevels zijn eveneens uit baksteen.

  • Onroerend Erfgoed, Digitaal beschermingsdossier DO002325, Middeleeuwse stenen (S.N. 2009).

Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)


Je kan deze tekst citeren als: Inventaris Onroerend Erfgoed 2024: Burgerhuis [online], https://id.erfgoed.net/teksten/178932 (geraadpleegd op ).


Burgerhuis ()

Breedhuis van vier traveeën, drie bouwlagen en zadeldak (mechanische pannen). Verankerde zandstenen lijstgevel uit de 16de eeuw met aangepaste rechthoekige vensters onder ontlastingsboog. Sporen van overkragende bovenverdieping op spits- en rondbogen. Muurankers met kram en krul. Rondboogdeur met hol geprofileerd beloop van zandsteen op neuten en imposten, volgens archiefstukken van 1750; ingeschreven in een spiegelboog en voorzien van uitspringende sluitsteen. Verminkte benedenvensters door winkelpui. Zijtrapgevels van baksteen. Kelder met kruisgewelven rustend op zuilen met knopkapiteel, vermoedelijk opklimmend tot de 13de eeuw.

  • Stadsarchief Gent, Oud Archief, reeks 535 bundel 101, nummer 33.

Bron: BOGAERT C., LANCLUS K. & VERBEECK M. met medewerking van LINTERS A. & DAMBRE-VAN TYGHEM F. 1976: Inventaris van het cultuurbezit in België, Architectuur, Stad Gent, Bouwen door de eeuwen heen in Vlaanderen 4na, Brussel - Gent.
Auteurs:  Bogaert, Chris; Lanclus, Kathleen; Verbeeck, Mieke
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)


Je kan deze tekst citeren als: Inventaris Onroerend Erfgoed 2024: Burgerhuis [online], https://id.erfgoed.net/teksten/24931 (geraadpleegd op ).