Complex van drie huizen tussen Zwarte-Zustersstraat en Jonkvrouw Mattestraat ontworpen in 1902 als een geheel in eclectische stijl met neo-Vlaamse-renaissance-inslag. Baksteenbouw met verwerking van natuursteen. Drie bouwlagen hoog en over het geheel dertien traveeën breed. Hoofdpartij van zeven traveeën met zadeldak en dakvensters geflankeerd door twee hoektorentjes met spits (leien) en twee zijgevels van twee traveeën. De voorgevel heeft een vooruitspringend middenrisaliet van twee traveeën uitlopend in een trapgevel en een zijrisaliet in de zesde travee eveneens met getrapt dakvenster. De rechter hoektoren is achtkantig, de linker vierhoekig. Zijtravee afgedekt met zadeldak en getrapt dakvenster. Gecementeerde hoekblokken rondom en gebogen waterlijsten boven de vensters. Versierde muurankers tussen de bouwlagen.