In 1474 in het bezit van Ida van Wilre en in 1484 van de Heilige Geesttafel van de Mechelse Sint-Pieter- en Paulusparochie, na de Franse Revolutie tot 1963 in het bezit van de toenmalige Commissie van Openbare Onderstand, nadien privébezit. Tot in de 18de eeuw een lemen hoeve bedekt met stro (zie huurcontracten), versteend in de eerste helft van de 18de eeuw en later verbouwd (zie bouwsporen wijzend op een vergroting, zichtbaar tot bij de restauratiewerken van het derde kwart van de 20ste eeuw). Schuur, schapenstal en koetshuis verdwenen circa 1964.
Sterk gerestaureerd, oost-west-gericht woonstalhuis van tien traveeën en één bouwlaag onder pannen, aan westelijke zijde afgewolfd zadeldak. Verankerde baksteenbouw op gepikte plint met aangepaste, beluikte rechthoekige muuropeningen. Sporadische sporen van zandsteen. Oostelijke zijtuitgevel met sporen van muurvlechtingen, schouderstukken. Arduinen pomp met wortelmotief tegen zuid-gevel. Omhaagd terrein.
RAES E., Getuigen van het agrarisch verleden van Bonheiden, Gent, 1993, p. 307-353.
Bron: KENNES H. & STEYAERT R. 1997: Inventaris van het cultuurbezit in België, Architectuur, Provincie Antwerpen, Arrondissement Mechelen, Kantons Duffel - Heist-op-den-Berg, Bouwen door de eeuwen heen in Vlaanderen 13n4, Brussel - Turnhout. Auteurs: Steyaert, Rita Datum: De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)