is aangeduid als vastgesteld bouwkundig erfgoed Parochiekerk Onze-Lieve-Vrouw van de Goede Wil
Deze vaststelling is geldig sinds
omvat de aanduiding als beschermd monument Kapel Onze-Lieve-Vrouw van de Goede Wil
Deze bescherming is geldig sinds
Opgetrokken op de plaats waar twee kinderen in 1637 een beeldje van Onze-Lieve-Vrouw vonden in een wilg; op initiatief van Floris van Merode, baron van Duffel werd rondom de wilg een eenvoudige, houten kapel gebouwd; vrij snel ontstond een belangrijke bedevaartplaats, zodat een stenen kapel gebouwd werd; plan getekend door de jezuïet Willem Cornelissen; eerstesteenlegging in 1639; ingewijd in 1646 door Gaspar Nemius, bisschop van Antwerpen. Tijdens de Franse Revolutie samen met het heden verdwenen kapelhuis verkocht aan notaris François Van Noten (1794); vanaf 1803 eigendom van Laurentius Segers, een Duffelse brouwer die de kapel na vijf jaar opnieuw openstelde en in 1822 terug aan de gemeenschap afstond. Aan westzijde vergroot in 1939-1942, naar ontwerp van de Brusselse bouwmeester A. Minner (ontwerp van 1937); de eerstesteenlegging hiervoor gebeurde reeds in 1937 door kardinaal Van Roey. Parochie sedert 1948.
Oorspronkelijk eenvoudige, barokke kapel van bak- en zandsteen op vierkante plattegrond, heden rechthoekig door de uitbreiding van 1939-1942, en rechthoekig uitspringend koor tussen lagere flankerende ruimten; overkragende, leien bedaking met dakkapellen (nok loodrecht op de Kapelstraat); het afgewolfde zadeldak van de uitbreiding sluit aan op het oorspronkelijke tentdak met bekronende, zeszijdige, houten klokkentoren van het oude gedeelte. Het oudste gedeelte springt licht uit. Verwerking van zandsteen voor sokkel, hoekblokken, speklagen en vensteromlijstingen. Segmentboogvensters in een omlijsting met oren, neuten en sluitsteen.
Westgevel gemarkeerd door een "klassieke" hardstenen portiek met gelijkaardig uitzicht als de portiek die zich tegen de oorspronkelijke westgevel bevond, doch werd afgebroken voor de uitbreiding: rondbogen op Toscaanse zuilen en geblokte hoeklisenen; centrale cartouche met gekroond monogram AMR; afgewolfde leien bedaking en bakstenen kruisgewelf; twee rondboogdeuren in vrij vlakke zandstenen omlijsting met in de sluitstenen de jaartallen 1640-1940.
Rechthoekige uitspringende ingangsportaaltjes aan de noord- en zuidgevel, gemarkeerd door geblokte hoeklisenen, segmentboogvensters en -deur in hardstenen omlijsting met sluitsteen waarin Mariamonogram. Flankerende ruimten van het koor met betraliede rechthoekige vensters in zandstenen omlijsting met kwartholle dagkanten. Oostelijke gevel met beschilderde barokke rondboognis met beeld van Onze-Lieve-Vrouw met kind op de linker arm.
Driebeukige hallenkerk met zeer brede middenbeuk van vier traveeën en smalle zijbeuken, opgevat als dwarse zijkapellen die verbonden zijn door rondbogige doorgangen; bepleisterd en licht beschilderd interieur zonder merkbaar verschil tussen oud en nieuw gedeelte; donkerrood beschilderd kruisgewelf met witgeschilderde lijstkapitelen en gordelbogen in schip en koor; dwarse tongewelven in de zijbeuken; rondboogarcade op natuurstenen, vierkante pijlers met lijstkapitelen. Achteraan in de kerk: gedenksteen verwijzend naar de eerstesteenlegging voor de uitbreiding door kardinaal Van Roey in 1937.
Schilderijen: Tenhemelopneming van Maria, Thomas Willeboirts, 1653; Onze-Lieve-Vrouw met Kind en de kleine Johannes in bloemenkrans, Jan Breughel de Jonge, midden 17de eeuw; Heilige Augustinus van Hippo in bloemenkrans en de Heilige Norbertus van Prémontré in bloemenkrans, beide door Jan Philip van Thielen, 1666; Mystiek huwelijk van de Heilige Herman Joseph van Steinfeld, toegeschreven aan een leerling van Rubens, 1681; Onze-Lieve-Vrouw overhandigt de Heilige Norbertus de scapulier, Vlaamse School, circa 1680; meerdere votiefschilderingen uit de 17de en 18de eeuw.
Beeldhouwkunst: miraculeus Mariabeeldje met oud-zilveren kleedje, terracotta, 1637.
Meubilair: barok hoofdaltaar van marmer door Huybrecht en Norbertus vanden Eynde, 1653-1654, gerestaureerd in 1910 door A. Van Poeck en in 1985 door P. Schenck; tabernakel als verkleinde kopie van het altaar, tweede helft van de 18de eeuw; altaartombe, J.J. Rousseau, 1854; houten noordelijk zijaltaar toegewijd aan de Heilige Norbertus van Prémontré, Hendrik Verbrugghen, 1684, goudlederen antependium met voorstelling van genoemde Heilige, 1750-1770; houten zuidelijk zijaltaar toegewijd aan de Heilige Herman Joseph van Steinfeld, Hendrik Verbruggen, 1683, goudlederen antependium met voorstelling van de genoemde Heilige, 1750-1770; communiebank, mogelijk door J. Peeters, 1682-1683, deels in gebruik als onderstel van het nieuwe altaar; twee eiken biechtstoelen, vermoedelijk door P. De Keuckelaer, circa 1653; twee eiken biechtstoelen, J. Peeters, 1681. Orgel van 1905, gerenoveerd in 1943, firma Stevens. Glasraam met afbeelding van Onze-Lieve-Vrouw van Goede Wil in haar Spaanse mantel , Jan Wouters, 1952.
Bron: KENNES H. & STEYAERT R. 1997: Inventaris van het cultuurbezit in België, Architectuur, Provincie Antwerpen, Arrondissement Mechelen, Kantons Duffel - Heist-op-den-Berg, Bouwen door de eeuwen heen in Vlaanderen 13n4, Brussel - Turnhout.
Auteurs: Kennes, Hilde
Datum:
De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)
Is deel van
Bruul
Je kan deze pagina citeren als: Inventaris Onroerend Erfgoed 2024: Parochiekerk Onze-Lieve-Vrouw van de Goede Wil [online], https://id.erfgoed.net/erfgoedobjecten/2584 (geraadpleegd op ).
Beheerder fiche: Agentschap Onroerend Erfgoed
Heb je een vraag of opmerking over deze fiche? Meld het ons via het contactformulier.