Neoclassicistisch ensemble bestaande uit een diephuis van één travee en een breedhuis van drie traveeën, beide twee bouwlagen onder zadeldak (mechanische pannen), gedateerd 1922 (zie gevelcartouches). De bouwaanvraag tot "heropbouw van de burgerwoning" werd goedgekeurd in 1921.

Respectievelijk bepleisterde en beschilderde punt- en lijstgevel met enkelhuisopstand en imitatiebanden. Diephuis gemarkeerd door rechthoekige vensters onder ijzeren I-balk, gevelcartouches en pseudo-vakwerk in de top. Breedhuis met verhoogde begane grond en steekbogige muuropeningen in geprofileerde omlijsting met sluitsteen; klassiek hoofdgestel. Vernieuwd schrijnwerk.