Voormalig "Koninklijk Pensionaat", ingeplant in het complex van het oude Jezuïetencollege in 1773; sedert de stichting van de universiteit in het eerste kwart van de 19de eeuw ingelijfd bij de nieuwe leslokalen.

Linker gevelpartij: bepleisterd bakstenen gebouw op arduinen plint van dertien traveeën en drie bouwlagen, daterend van circa 1775. Bovenbouw geritmeerd door de rechthoekige nissen waarin de traveeën gevat zijn. Rechthoekige vensters. Borstweringen respectievelijk verdiept of versierd met spiegels. Segmentboogpoort van arduin voorzien van een sluitsteen en bekroond met een gestrekte kroonlijst, rozetten in de zwikken. Blinde attiek onder de kroonlijst op klossen.

Rechter gevelpartij: bepleisterde lijstgevel op arduinen plint met zeven traveeën en drie bouwlagen, aangepast in neoclassicistische stijl begin 19de eeuw. Horizontaliserende werking van plint, imitatiebanden op de begane grond, fries met golvend meander, cordons en kroonlijst. Risaliet van de eerste twee traveeën afgelijnd door geblokte hoekbanden en geaccentueerd door de vensterbekroning op de bovenverdieping, respectievelijk driehoekig fronton op consoles en kroonlijst op consoles. Rechthoekige vensters in geprofileerde omlijsting.