Historiek

Prachtig hotel uit de 18de eeuw, gebouwd door graaf Emmanuel-Ignace d'Hane en zijn zoon. De voorgevel (Veldstraat) is in Lodewijk XV-stijl en dateert van 1768, de tuingevel in een zuivere Lodewijk XVI-stijl is van 1773. Voornamelijk onder Jan-Baptiste d'Hane-Steenhuyse speelde het hotel een belangrijke rol en herbergde talrijke historische figuren. In het begin van de 19de eeuw onder meer de koning van Frankrijk Lodewijk XVIII, in ballingschap tijdens de "Honderd Dagen" (1815). In 1877 kwam het hotel door erfenis aan de familie Borluut, de graaf de Bousies Borluut, gravin d'Ansembourg en d'Ursel zijn de huidige eigenaars. Tot voor enkele jaren "Museum der Honderd Dagen", is het heden als winkel nog toegankelijk voor het publiek.

Beschrijving

Voorgevel van dertien traveeën met twee bouwlagen onder mansardedak en zadeldak (leien, pannen), volgens archiefstukken daterend van 1768 mogelijk naar ontwerp van David 't Kindt. Brede bepleisterde en geschilderde lijstgevel, gemarkeerd door een middenrisaliet van vijf traveeën met bekronend hoog, gebogen fronton onder koepelvormig mansardedak. Hoge beschilderde plint van natuursteen, in het middenrisaliet gebruikt als sokkel voor de kolossale composietpilasters; licht getoogde vensters in geriemde omlijsting met rijk versierde panelen en festoenen en rocailles op de borstwering; ovale bovenvenstertjes in het fries. Bekronend hoofdgestel en geknikt gebogen boogveld met sculptuur: allegorische voorstelling van dag en nacht in een wolkenhemel; gebogen zijtravee met attiek.

Sober gehouden zijtravee met licht getoogde vensters gevat in platte banden die verticaal doorlopen over de borstwering; bekronend hoofdgestel met sterk geprofileerde architraaf en kroonlijst.

Rechter travee met monumentale spiegelboogvormige poort in een arduinen omlijsting met kwarthol beloop op neuten verrijkt met rocaillesluitsteen en gelijkaardige motieven in de zwikken; houten vleugeldeur met gestrekte tussendorpel met rocaille.

Tuingevel van elf traveeën met drie bouwlagen onder zadeldak (pannen) met bekronend driehoekig fronton en attiek, volgens archiefstukken daterend van 1773. Lodewijk XVI-bepleisterde lijstgevel met drie traveeën breed middenrisaliet onder vermeld driehoekig fronton met wapenschilden van de familie, geflankeerd door griffioenen. Rondboogvormige deurvensters met booglijst op imposten en sluitsteen, gelijkaardige centrale beluikte deur met bordes; onder de puilijst in de zwikken panelen verrijkt met medaillons en festoenen. Sterk verticaliserende bovenbouw met kolossale Korinthische pilasters; rechthoekige vensters in geriemde omlijsting met oren en bekronende druiplijst boven een spiegel met festoenen; opengewerkte borstwering op de tweede bouwlaag; beluikte, rijk versierde vensters in het middenrisaliet.

Uiterst links en rechts aansluitende haakse zijvleugels met één bouwlaag en twee traveeën; identieke benedenvensters en bekronende borstwering.

Geplaveid terras met siervazen en leeuwen op de hoeken. Rechts aanleunend paviljoen van drie traveeën met twee bouwlagen onder mansardedak (leien) met gedateerde binnentrap van 1761. Verticaal gemarkeerde gevel met geblokt middenrisaliet, bekronende oculus gevat in zandstenen omlijsting, met voluten en bekronende druiplijst; licht getoogde vensters met behouden roedeverdeling.

Een rococo muurscherm met grillige vormen tussen vlakke en geblokte pilasters met rocailleconsoles omgeeft de Franse tuin die reikt tot in de Korte Meer (heden met hoge blinde muur erachter).

Gedeeltelijk behouden koetshuis en stallen op U-vormige plattegrond met ingang op de Korte Meer.

Voorgevel van twee traveeën met één bouwlaag onder mansardedak (leien); rondboogvormige koetspoort van arduin met kwarthol beloop op neuten met sluitsteen, ingeschreven in een spiegelboogvormige omlijsting. Getralied rechthoekig venster. Behouden binneninrichting.

Interieur

Behouden 18de-eeuws interieur met merkwaardige salons onder meer zogenaamd Rode zaal met schilderijen: de H. Familie (Rubens, J. Breughel), ontwerp van zoldering van Italiaanse zaal (P.N. Van Reysschoot); zogenaamd Groene zaal, door Lodewijk XVIII als eetkamer gebruikt; trappenhuis; op de bovenverdieping, salon met Chinees rijstpapier van de 18de eeuw; zaal der seizoenen met panelen van P.N. Van Reysschoot; zogenaamd Italiaanse zaal: prachtige balzaal in Lodewijk XVI-stijl over twee bouwlagen met galerij op de bovenverdieping, versiering van P.N. Van Reysschoot (1781), zoldering onder meer van J.E. en M.A. Van Reysschoot; houten muurbekleding van D. Cruyt (1771-1780, prachtige parketvloer gesigneerd Fr. en H. Feilt (1776-1781); zogenaamd kamer van de koning, werk- en slaapkamer van Lodewijk XVIII.