Houten windmolen zogenaamd "Tissenhovemolen", ook "Oude Molen" en "Jagerij molen". Korenmolen van het type staakmolen op lage open teerlingen, gelegen in een zeer weids open landschap, op een 85 meter hoog plateau gevormd door de Molenkouter (wijk Jagerij-Tissenhove) aan de grens met Horebeke (Sint-Maria-Horebeke). Indrukwekkende molensite, exemplarisch als oorspronkelijk en typisch molenlandschap. Molen staand aan een landweg min of meer parallel aan Tissenhove en ten noordoosten van het eind van Jagerij.

Reeds melding van de windmolen in 1571 en 1577. Vanouds toebehorend aan de baronie van Schorisse. Mogelijk te identificeren met de molen van Mater waarvan sprake in 1278. Vroeger bevond de molen zich circa 350 m noordoostwaarts; vermoedelijk overgebracht naar de huidige standplaats tussen 1776 en 1787, deels met hergebruik van oud materiaal: deze hypothese steunt op inscripties met voornoemde jaartallen van de molen. Waarschijnlijk bij de verplaatsing omgevormd van een tweezolder tot een driezolder, als dusdanig interessant als één van de twee overblijvende voorbeelden in Oost-Vlaanderen. Verschillende aanpassingen in de eerste helft van de 20ste eeuw, onder meer toevoeging van derde steenkoppel circa 1928. Molen in bedrijf tot circa 1958. Gerestaureerd in 1976 waarbij derde steenkoppel en andere toevoegingen verwijderd werden. Tevens vervanging door traditionele eiken kruisplaten van de ijzeren I-profielen. Onbruikbaar geworden geklinknageld Verhaeghegevlucht bij restauratie vervangen door eiken gevlucht met pestelroeden. Buitentrap (30 treden) naar meelzolder zonder balkon doch links bovenaan met balkenezeltje. Openzwaaiende deur aan weerszij van de trap in de onderste verdieping Steenzolder voorzien van twee schuifluiken. Kapelledak met houten leien en luikapje. Eikenhouten leien tegen de windweeg, rest van schuddeberd met oregon. Maalvaardige molen met twee steenkoppels, verwijderde derde steenkoppel buiten liggend aan molenvoet.