Grote semi-gesloten hoeve, gebouwen geschikt rondom rechthoekige binnenplaats voorheen met mestvaalt, toegang tot erf via ijzeren hek. Achteraan uitgebreid met grote pluimveestal.
Ten westen, tegenover de ingang, boerenhuis onder zadeldak (kunstleien) met een houten dakkapel versierd met windwijzer. Witgeschilderde voorgevel naar erf en straat gericht. Gewijzigde vensters en deur. Zijaandaken met vlechtingen, in rechter geveltop met sieranker.
Ten noorden, grote bakstenen dwarsschuur van acht traveeën onder zadeldak (voorheen stro, nu golfplaten) tussen zijaandaken afgewerkt met vlechtingen; zowel op gebinte als op ingemetselde baksteen in straatgevel gedateerd van 1801. Noordgevel aan veldzijde, oorspronkelijk met twee steekboogvormige doorritpoorten, thans één gedicht. Hoeken van gevel en poorten zijn onderaan verstevigd met arduinen blokken.
Ten zuiden, stalvleugel onder overstekend zadeldak (pannen), respectievelijk paarden-, koeien- en varkensstal, nu enkel nog koeienstal met troggewelven.
Ten oosten, tussen schuur en hek, kleiner gebouw met voormalige paardenstal en wagenhuis.
Tegenover de hoeve, aan de overkant van de straat, voormalige cichorei-ast uit de tweede helft van de 19de eeuw, met nog deels behouden inrichting en droogvloer.