Voorheen zogenaamd Villa Carpentier en Les Platanes. Landhuis in art-nouveaustijl, gebouwd als buitenhuis van garenfabrikant V. Carpentier en echtgenote M. Huybrechts naar ontwerp van architect Victor Horta van 1899, voltooid in 1903. Wordt beschouwd als de enige villa van Horta met omgevende tuin waar het totaalconcept bewaard bleef. Fraaie tuin van 3 hectare, eveneens aangelegd door Victor Horta, met ten zuiden, eenvoudige bakstenen dienstgebouwen, woning en garage, onder pannendaken. Beukendreven naar de verschillende windrichtingen, doorsneden door concentrische cirkels. In tuin onder meer Sequoiadendron giganteum, Ginkgo Biloba, tulpenboom (Liriodendron), Junglans Nigra. Toegang via witgeschilderd ijzeren hek aan gesculpteerde hardstenen pijlers in aangepaste art-nouveaustijl.
Opgetrokken uit rode baksteen met verwerking van kleurrijke breuksteen van Grandglise-Stambruges en hardsteen voor de sokkel en de omlijstingen; rode pannen daken met sierlijke topstukken van lood, windwijzer en decoratief uitgewerkte schoorstenen. Getoogde vensters en deurvensters met rolluiken.
Centrale inkompartij met bordes; deur opgevat als drielicht aan weerszij verlicht door lamparmaturen in art-nouveaustijl. Bovenverdieping met drielichten en decoratief metselwerk in art-nouveaustijl. Links, veranda opgetrokken uit arduin met smeedijzeren zuilen en smeedijzeren ornamenten en boventerras. Van de oorspronkelijk sgraffiti in de veranda rest nog één paneel met voorstelling van fazant. Rechts erkervormig uitspringende travee met op bovenverdieping deurvenster met sierlijk balkon.
Rechts zijgevel met vijfzijdig uitbouwsel en zandstenen medaillon met verstrengelde initialen C en H van de opdrachtgevers.
Achteraanbouwsel met keuken en op de bovenverdieping voormalige huiskapel met arduinen kruiskozijn in oostelijke zijgevel, op de achtergevel voorzien van beeldnis met Onze-Lieve-Vrouw met Kind op art-nouveausokkel.
Interieur ingericht met medewerking van A. Ciamberlani en E. Fabry. Meubilair eveneens naar ontwerp van V. Horta en uitgevoerd door de firma Pelseneer, slechts schaars in situ bewaard. Oorspronkelijke parketvloeren en radiatoren van centrale verwarming bewaard. Kelders met troggewelven met ijzeren liggers.
Centrale hal met terrazzovloer en rondom deuren naar omliggende vertrekken, ingebouwde zitbank met wandtapijt, gesigneerd en gedateerd "Brux. E. Fabry 1902", en aanzet van bordestrap. Rechts van de hal, eetkamer met muurschilderingen op doek door Ciamberlani van 1902 boven geelmarmeren schouw en als supraporta. Naast de schouw wentelende kast als verbinding met de erachter gelegen dienkeuken. Glasramen in deuren van de firma Evaldre (Brussel). Het aan de voorkant erkervormig uitgebouwd salon is verbonden via beglaasde deuren met de eetkamer. Links van de hal, voormalig bureau met schouw, wandkasten en hoekkastje en aansluitend kleine ontvangstruimte met buitendeur. Trappenhuis verfraaid met grijsgeschilderde lambriseringen.
- DIERKENS-AUBRY F. 1983: Victor Horta en het huis Carpentier te Ronse, De Woonstede door de eeuwen heen XL, 28-41.