Zogenaamd "Watermolenhof". Voormalige watermolen zogenaamd "Ter Bekemolen", reeds aldus in kaart gebracht in 1684. Later ook zogenaamd "Molen Meerschat" en "Lauriers molen", naar de respectievelijke eigenaars. In het vierde kwart van de 18de eeuw bouw van een nieuw molenaarshuis door J.B. De Donder, confer vermelding eertijds op gevel door middel van ankers 1778 en JBDD.
Ten noorden, aan de beek, molenhuis omgevormd tot woonhuis (nummer 9A). Sporen van oud gebouw in zijgevels met vlechtingen. Verdwenen molen. Beek overspannen met ijzeren dwarsbalken om in de winter te bedekken met stro tegen de vorst.
Ten oosten, deels onderkelderd woonhuis met sterk gerestaureerde gevel afgedekt door vernieuwd zadeldak (mechanische pannen) met dakkapellen en overstek rustend op modillons. Bakstenen gevel op gecementeerde plint. Rechthoekige vensters met arduinen negblokken, deels vernieuwd; sporen van tralies. Boven rechthoekige deur hergebruikt smeedijzer van bovenlicht. Zijgevels afgewerkt met vlechtingen.
Ten zuiden, haaks op woonhuis, bakstenen stallen van zeven traveeën onder zadeldak (pannen). Rechthoekige deuren en één segmentboogpoort in rechtertravee.
Ten westen, voormalig wagenhuis, gelegen aan de straat; in het tweede kwart van de 20ste eeuw omgevormd tot twee woningen, nummers 7-9, van twee bouwlagen onder zadeldak (kunstleien).
- EMMANUEL-M. (Br.) - MORA N., Eigen schoon, De watermolens van Ronse en wat er mee in verband staat, s.l., s.d., p. 63-67.