Eenheidsbebouwing. Breedhuis van acht/zeven traveeën en twee en een halve bouwlaag. Oudere kern, zie kelderopeningen; samenvoeging van drie kleinere panden in de loop van de eerste helft van de 19de eeuw, zie kelders en achtergevel. Aanpassingen onder meer in 1891: maken van deuropening in derde travee, dichten van deur in tweede travee en ter hoogte van risaliet, veranderen van poort in venster en deur zie huidige situatie. Bepleisterde en beschilderde lijstgevel waarvan de rechter travee is uitgewerkt als risaliet. Rechthoekige openingen in vlakke omlijstingen. Balkon met smeedijzeren hek over twee rechter traveeën van tweede bouwlaag. Bewaard houtwerk onder meer rolluikkasten; kroonlijst op klossen en tandlijst. Opvallend kleurgebruik: rood-bruine plint, groen voor houtwerk. Zwaar verbouwde achtergevel.
Interieur. Centrale en rechter kelder met tongewelf.
Stadsarchief Brugge, Bouwvergunningen, nr. 89/1891.
DEVLIEGHER L. 1975: De huizen van Brugge, Kunstpatrimonium van West-Vlaanderen 2-3, Tielt, 52.
Bron: GILTÉ S. & VANWALLEGHEM A. 1999: Inventaris van het cultuurbezit in België, Architectuur, Stad Brugge, Oudste kern, Bouwen door de eeuwen heen in Vlaanderen 18nA, Brussel - Turnhout. Auteurs: Gilté, Stefanie; Vanwalleghem, Aagje Datum: De tekst wordt ter beschikking gesteld door: Agentschap Onroerend Erfgoed (AOE)